zondag 31 maart 2013

Onderweg naar Pasen - 'Sta op!, Mijn Geliefde Zoon!'

De sabbat is voorbij en de eerste flauwe lichtstralen geven aan dat de nieuwe dag is begonnen.
De beide Maria’s zijn op weggegaan naar het graf van Jezus met specerijen.

Opeens is daar een aardbeving.
De soldaten worden zo bang, dat ze als dood neervallen.
Een engel daalt neer uit de hemel, wentelt de steen weg en gaat erop zitten.
Zijn verschijning is als de bliksem en zijn kleren zijn wit als sneeuw.

Tegen de vrouwen zegt de engel: ‘Wees maar niet bang, want ik weet dat jullie Jezus zoeken, die gekruisigd is. Kom maar kijken, de plaats waar Hij gelegen heeft is leeg. Hij is niet meer hier, maar Hij is opgestaan zoals Hij heeft gezegd.'
Snel gaan de vrouwen op weg om het de discipelen te vertellen.

Dan daalt er een diepe vrede en rust neer in mijn hart.
De tranen van pijn, verdriet en berouw veranderen in tranen van  dankbaarheid en vreugde.
Hij leeft!
Mijn Verlosser leeft !!!

De dood kon Hem niet vasthouden.
Zijn macht, Zijn Majesteit regeert.
Hij is de Vredevorst, de Heerser over alles.
Over Leven.
Over Dood.
Ik hoef niet meer bang te zijn.
En ik ervaar Zijn vergeving als een warme stroom van liefde door mij heen.

Oh, Jezus, dank U, dank U wel.
Ik hou van U, ik hou zo ontzettend veel van U.
Dank u, dank U, Jezus.
Hosanna, Hosanna.
Halleluja, geprezen zij het Lam.
Het loflied rijst op in mijn hart en met mijn mond zing ik hem toe, alle lof en eer die Hij waardig is.
Het lied komt vanuit het diepst van mijn hart.
Ik houd van U, Heer Jezus, ik houd van U.

Hij is hier niet; Hij is opgestaan !

Ze zeggen
dat Hij is opgestaan,
maar je denk toch niet
dat ik dat geloof.

Ik heb Hem
aan het kruis zien sterven
en hoe Hij werd neergelegd
in het graf.

Nee, alleen
als ik de littekens zie
van de spijkers,
in Zijn handen en voeten;
mijn hand kan steken
in Zijn zij,
dat alleen
zal het moment zijn
dat ik geloof.

Nee,
onze Heer is dood.
Het is voorbij,
Hij is hier niet meer.
Ik heb Hem immers
aan het kruis zien sterven
en hoe Hij werd neergelegd
in het graf ...

zaterdag 30 maart 2013

Onderweg naar Pasen - De wachters bij het graf

Soldaten worden door Pilatus bij het graf geplaatst om de wacht te houden en het graf wordt verzegeld.
De opperpriesters en schriftgeleerden zijn niet vergeten wat Jezus eens had gezegd.
‘Na drie dagen word Ik opgewekt.’
Ieder ander lijkt het te zijn vergeten, maar zij niet.
Ze waren bang …


Vandaag noemt men het Stille Zaterdag;
de dag tussen Goede Vrijdag en Pasen,
de dag voor Jezus‘ opstanding.
Maar het is niet stil;
het is een dag als andere,
ik merk geen enkele verandering.

Het maakt me een beetje verdrietig
dat het slechts een naam is
die aan deze dag is gegeven.
De winkels zijn gewoon open,
iedereen gaat gewoon zijn gang
alles bruist van het gewone leven.

O, ik weet wel, morgen is het Pasen;
voor ons is het immers anders,
wij weten dat Hij is opgestaan.
En toch, het was deze Stille Zaterdag
dat Jezus verbleef in het graf
ver bij Zijn Vader vandaan.

Stille Zaterdag.
O Vader, wat moet het voor U
ontzettend stil zijn geweest.
Uw Geliefde Zoon,
verborgen in het graf;
doodse stilte voor het feest.

Ik wil vandaag stilstaan, Vader,
bij de stilte die er was
tussen Goede Vrijdag en Jezus‘ opstanding.
Meegaan in de gevoelens van gemis,
in de stilte tussen vrees en hoop,
voor het moment van volledige voleindiging.
 

vrijdag 29 maart 2013

Onderweg naar Pasen - Het is volbracht!

Jezus is naar de binnenplaats van de hogepriester gebracht.
Opeens hoor ik een haan kraaien.
Ik zie dat Jezus Zich omdraait en naar Petrus kijkt.
Een blik vol liefde, maar getekend door pijn en verdriet kijkt Petrus aan.
Huilend loopt Petrus weg.

O, Petrus, ik weet hoe jij je voelt.
Hoe vaak doe ik niet hetzelfde als jij.
Dan voel ik die blik van Jezus die me aankijkt vol van pijn en verdriet, en toch voel ik nog Zijn liefde.
Zo onbegrijpelijk, ’t doet zo zeer, zo zeer…
Zoveel berouw, zoveel berouw…

Vergeef mij, Heer Jezus, vergeef mij.

'Bent U de Koning der Joden?'  hoor ik ineens vragen.
Ik draai me om en realiseer me dat we bij Pilatus zijn.
'U zegt het', antwoordt Jezus.
Pilatus weet eigenlijk geen raad met de situatie.
Hij weet dat Jezus onschuldig is, maar hij vreest het volk.
Hij probeer er uit te komen door het volk te laten kiezen tussen Jezus en een beruchte gevangene, Barabbas genaamd.
Het is nl. de gewoonte om bij elk feest een gevangene vrij te laten, maar het volk kiest voor Barabbas.
Ook door zijn vrouw wordt Pilatus nog gewaarschuwd, maar ook naar haar luistert hij niet.
Pilatus probeert het nog via Herodes, maar ook Herodes legt de verantwoordelijkheid terug in de handen van Pilatus.
Uiteindelijk wast Pilatus in bijzijn van het volk zijn handen in een schaal met water en zei: 'Ik ben onschuldig aan het vergieten van Zijn bloed. Het is jullie zaak.'
Maar het volk schreeuwt: 'Zijn bloed op ons en onze kinderen!'
Toen liet Pilatus Barabbas vrij en hij gaf de Here Jezus over in handen van zijn soldaten om Hem te laten geselen.
                                                                                            
Voor zij Hem echter geselen, doen zij hem een purper rode mantel om, drukken een doornenkroon op Zijn hoofd en geven Hem een stok in Zijn rechterhand.
Daarna wordt de Here Jezus overgeleverd om te worden gekruisigd.

Hoe vaak hebben we dit al niet gelezen, gehoord?
Ervaren we er nog emoties bij, doet het ons nog iets, als we dit lezen?
Ieder jaar opnieuw in de lijdenstijd lezen we deze gedeelten, horen we er over in de kerk, maar dringt het nog wel tot ons door, door tot diep in ons hart wat dit werkelijk inhoudt?

Ik kon het allemaal nog redelijk op afstand houden toen ik nog niet wist wat de Here Jezus doormaakte tijdens die geseling.
Toen ik nog niet beter wist dan dat het een afranseling was met een zweep.
Wat striemen op de rug, misschien een beetje kapot, maar, nou ja ...  niet meer dan dat.
Al is dat iets wat ik ook al verschrikkelijk vond, hoor.
Als ik de films weer voor de geest haal, waarin slaven werden afgeranseld, dan liepen de tranen me over de wangen en deed het me zo’n pijn, zo’n pijn.
 - O, God, waarom, waarom? Hoe kunnen wij mensen elkaar dit aan doen en dan alleen vanwege een huidskleur. -
Zo onbegrijpelijk, zo onbegrijpelijk.

Maar dit, op deze manier ...

De soldaten gebruiken een zweep van leren riemen waaraan stukjes bot en metaal bevestigd zijn.
De geseling rukt de huid van de rug, en er ontstaat een bloederige massa van opengelegd weefsel en bot.
Hevig is het bloedverlies en vaak leidt het tot de dood, en anders op z’n minst tot bewusteloosheid.
De hoeveelheid slagen doen er dan eigenlijk niet meer toe, al is het aantal slagen in de Joodse wet 39.
Alsof dat voor Jezus allemaal nog niet genoeg was, drijven de soldaten ook nog de spot met Hem.
Ze slaan Hem een purperrode mantel om, geven hem in Zijn rechterhand een stok en vlechten een kroon van scherpe dorens en drukken die op Zijn hoofd.
De doorns dringen door de huid heen en bloeddruppels glijden langs Zijn gezicht naar beneden.
Ze spugen naar Hem, trekken de stok uit Zijn handen en slaan Hem er mee op Zijn hoofd.

En op dit kapot geslagen, bloederige  lichaam wordt de dwarsbalk van het kruis gelegd.
Een balk van wel zo’n 45 kg.
Zo gaat Hij de weg naar Golgotha.
Jezus kan niet meer; …..  en Hij valt  ….
Een voorbijganger, Simon van Cyrene krijgt het bevel deze dwarsbalk verder voor Jezus te dragen.

Dan klinkt in mijn hoofd het lied 'Simon, This blood is for you!' – 'Simon, dit bloed vloeit voor jou!'
Het is net alsof ik vlak bij Jezus sta terwijl Hij overeind probeert te komen.
Bloeddruppels liggen op de grond en Hij zegt: ‘Rita, dit bloed vloeit voor jou!'

Bloed, dat mij reinigt van alle zonden.
Bloed, dat redding brengt en eeuwig leven.
Bloed, dat mij tot een kind van de Vader maakt en mij het recht geeft om straks voor altijd bij Hem en de Vader te zijn.
Die zin galmt na in mijn hoofd, terwijl Hij wordt voortgeduwd door de soldaten.

Rita, dit bloed vloeit voor jou!
Voor al jouw zonden, voor alles wat niet goed is, voor alle onvolkomenheden.

……………, dit bloed vloeit voor jou!       

Half verblind door mijn tranen loop ik achter Hem aan.
Nog nooit heeft Iemand zoveel voor mij overgehad.
Nog nooit heeft Iemand zoveel van mij gehouden.
En terwijl ik zo meeloop naar Golgotha, drukt de zonde als een steeds zwaarder wordende last op mij.
Steeds meer besef ik hoe onrein ik ben, hoe moe, belast, vol van zorgen, angst, pijn, egoïsme, noem maar op.

Golgotha.
O God, is het nog niet genoeg?           

Op Golgotha aangekomen wordt Jezus ruw neergegooid en Zijn armen uitgespreid op de dwarsbalk.
Spijkers, van wel 18 cm lang en tot wel 1cm breed, worden door Zijn handen/polsen geslagen en verbrijzelden alles wat op hun weg komt.
Bot, spierweefsel, aders, zenuwen….

Mijn hart krimpt ineen.

Daarna wordt Hij, onze Heer, opgehesen tot de dwarsbalk op zijn plek staat, dan worden Zijn voeten vastgespijkerd.

’t Klinkt allemaal vrij simpel, alsof het zo was gebeurd, maar niets is minder waar.
Met het ophijsen van het lichaam rekken armen uit of schieten schouders en andere gewrichten uit de kom.
En dit ophijsen werd niet bepaald zachtzinnig gedaan.
Ademhalen wordt praktisch onmogelijk.
Een kruisiging is eigenlijk een folterende, trage dood door verstikking.

Here Jezus ....               

Spijkers in Uw handen en voeten ...
Uw uitgerekt lichaam, Uw kapotgeslagen rug schrapend over het ruwe hout om wat zuurstof te bemachtigen ...
De kroon van doornen in het hoofd gedrukt ...
Boven Uw hoofd een bordje met de tekst: ‘Dit is Jezus, de koning van de Joden.’

Rondom het kruis klinken de spottende opmerkingen: ‘Jij, die de tempel afbreekt en in drie dagen opbouwt, red nu jezelf ! Als je de Zoon van God bent, kom van dat kruis af ! Anderen heeft Hij gered, maar Zichzelf redden kan Hij niet!’ 

O Heer Jezus, U zo te zien hangen, bloedend, snakkend naar adem, door trokken van pijn, zo onmenselijk, zo ...
Ik val neer op mijn knieën en mijn hart schreeuwt het uit naar God.
O God, vergeef mij, vergeef ons.
Ik zou willen schreeuwen, houdt op, houdt op, dit mag niet, dit kan niet ...
Houdt je mond!
Het enige dat Hij deed was liefde geven en jullie, jullie ... ik, ik…
Te midden van dit alles, van dit onmenselijk, immense lijden, blijft Jezus oog houden voor de mens.
De moordenaar naast Hem aan het kruis ontvangt vergeving en eeuwig leven.
Maria, Zijn moeder, en Johannes, de discipel die Hij zo liefheeft, geeft Hij als het ware aan elkaar om voor elkaar te zorgen.
Hij weet nog uit te brengen: 'Vrouw, zie uw zoon' en tot Johannes: 'Zoon, zie uw moeder.'

O Heer Jezus, wat is Uw liefde groot, Uw bewogenheid ...
Hoe is het mogelijk, dat U te midden van deze omstandigheden nog aan anderen denkt, voor anderen zorgt.
Het maakt me klein en stil.           

Dan wordt het donker,
Zo maar, midden op de dag.
God verlaat de aarde en laat Jezus, Zijn Zoon, alleen achter aan het kruis.
De last van de wereld, alle zonden, alle ellende, komt in alle hevigheid en zwaarte op Jezus neer.
Eenzaam en stik alleen hangt de Here Jezus daar in het duister, terwijl de mensen om Hem heen angstig en in verwarring rondlopen.
De duisternis voelt drukkend en angstig aan.
Zo onnatuurlijk.
God heeft Zijn Zoon in Zijn stervensuur verlaten.


Na drie uur schreeuwt Jezus het uit en Zijn half gebroken stem klinkt over de heuvel Golgotha: ‘Mijn God, Mijn God, waarom hebt U Mij verlaten?’

Ik weet, Zijn lijden, Zijn strijd is nu bijna voorbij.
Dan klinken Zijn laatste woorden: ‘Het is volbracht! Vader, in Uw handen beveel Ik Mijn Geest.'

Op dat moment scheurt het voorhangsel van de tempel in tweeën, een aardbeving volgt, rotsen splijten, graven gaan open en vele heiligen staan op uit de dood.
De hoofdman, de commandant van de soldaten ziet wat er gebeurt en getuigt: ‘Ja, waarlijk, Hij was de Zoon van God.’
Soldaten komen kijken of Hij werkelijk dood is en steken een speer in Zijn zij.
Water en bloed komt er uit.
Het is werkelijk volbracht.

Ja, Heer Jezus, U bent werkelijk de Zoon van God.
U kwam naar deze aarde om te lijden en sterven voor mijn zonden.
U gaf Uw leven op zo’n onmenselijke manier om de weg naar God de Vader weer vrij te maken.
Uw lijden en sterven maakt mij van zonden vrij.
Uw wonden en striemen brengen mij genezing.

Ik val op mijn knieën en huil bittere tranen.
Tranen van pijn, van berouw.
Mijn zonden zijn de geselslagen op Uw rug!
Mijn zonden is de zware balk op Uw kapotgeslagen rug!
Mijn zonden zijn de spijkers in Uw handen en voeten!
Here Jezus, ik belijd U dat ik een zondig mens ben en Uw lijden en sterven nodig heb tot vergeving.
Bedek mij met uw bloed.
Reinig mij, heel mij.
Uw bloed zal niet, mag niet voor niets hebben gevloeid.
Tranen van spijt en berouw stromen over mijn gezicht.
Tranen, om wat Hij voor mij heeft moeten doorstaan.
En ik huil, ik huil tot ik leeg ben.

Doordat het bijna sabbat is, wordt het lichaam van de Here Jezus alleen in zuiver linnen gewikkeld en niet zoals men gewoon is, gezalfd met specerijen.
Daar is geen tijd meer voor.
Jozef van Arimatea legt het lichaam van de Here Jezus in een nieuw, uit de rotsen gehouwen graf en wentelt er een steen voor.

Dan wordt het stil ...


donderdag 28 maart 2013

Onderweg naar Pasen - Verraden

Langzaam loop ik achter Hem aan naar de Olijfberg.
Van een afstandje zie ik Hem neerknielen en hoor Hem bidden:

‘Vader, Ik smeek U, neem deze beker van Mij weg,
maar niet wat Ik wil, maar wat U wilt, moet gebeuren.’


Zijn angst wordt groter en groter.
Hij raakt zelfs in doodsangst en begint nog vuriger te bidden.
Tot drie keer toe bidt Hij: ‘Vader, Ik smeek U, neem deze beker van Mij weg,' maar ook:  'niet wat Ik wil, maar wat U wilt, moet gebeuren.’
Het angstzweet glijdt langs Zijn gezicht en valt als bloeddruppels op de grond.

En Zijn discipelen, Zijn vrienden sliepen rustig door ….


Toen kwam er een engel kwam uit de hemel
om Hem kracht te geven.

Zo bang zijn !!
Zo’n ongekend grote angst !!

Angst, mijn metgezel.
Bang  voor….
Och, Heer, U weet van mijn angst.
U weet hoe vaak angst mijn leven beheerst, in de dingen die ik doe, of moet doen, waar ik ben of ga.
Maar zo bang dat mijn zweet in bloeddruppels verandert, nee, zo bang ben ik nog nooit geweest.

Kan dat dan echt, bloed zweten?
Ja, het is zelfs wetenschappelijk bewezen dat bij zeer grote psychische spanningen, bij extreme stress, het zweet vermengt met bloed uit de poriën kan komen.
De bijbel spreekt echter over bloeddruppels!!!

O, Heer Jezus, wat moet U bang geweest zijn!
Nooit zal ik in staat zijn om de diepte van die angst te peilen, laat staan te ervaren.
Zo’n overweldigende, grote angst en toch zei U tegen God, Uw Vader: ‘Uw wil geschiede.’

Hield U zoveel van ons?
Van mij?

Toen kwam Judas aangelopen en kuste Jezus.
Jezus zei tegen hem: ‘Judas, lever je de Mensenzoon uit met een kus?’

Verraden worden, dat doet al zo'n pijn.
Maar met een kus?
Een kus, een teken van vriendschap, van liefde, van genegenheid, van  ...

Zo’n pijn !!                 Zo’n pijn !!

Terwijl mijn gedachten zo bezig waren, had Petrus intussen al het oor van een soldaat afgeslagen met zijn zwaard.
En nog, nog raapt Jezus het oor op en zet het weer terug op de plaats waar het hoort en geneest de soldaat.

Dan vraagt Jezus aan de opperpriesters, de oudsten en de tempelwacht: ‘Ben Ik soms een misdadiger dat u met zwaarden en stokken er op uit bent getrokken?
Dagelijks zat Ik bij u in de tempel en toen heeft u geen vinger naar Me uitgestoken.
Maar dit is uw uur, het uur van de macht van de duisternis.’
Dan nemen ze Hem gevangen en voeren Hem weg.

Het is alsof er een ijskoude windvlaag over me heen komt en meegaat.


woensdag 27 maart 2013

Onderweg naar Pasen - Voor de laatste maal ...

In gedachten ga ik verder en ik kom in een zaaltje.
Een grote tafel in het midden, banken rondom en ik zie Jezus een beker pakken.
Hij begint God danken en zegt:

'Neem hem en geef hem aan elkaar door.
Want Ik zeg jullie;
Ik zal geen wijn meer drinken tot dat het
koninkrijk van God is gekomen.’

Daarna pakte Hij het brood, dankte God opnieuw, brak het en gaf het aan Z’n discipelen en zei:

‘Dit is Mijn lichaam dat voor jullie wordt prijsgegeven.
Doe dit om Mij te gedenken.’

En zo gaf Hij de beker na de maaltijd met de woorden:

‘Deze beker is het verbond, een verbond dat bekrachtigd wordt door
Mijn bloed, dat voor jullie wordt vergoten.’


Terwijl ik denk aan het avondmaal bij ons in de gemeente, vraag ik me af hoeveel mensen, volwassenen en kinderen, inclusief ikzelf,  werkelijk denken aan wat het eigenlijk betekent.
Vieren we het iedere keer heel bewust, of is het een gewoonte aan het worden, of doen we het omdat het hoort, of om een ander, of….
Terwijl mijn gedachten hier zo over gaan, snijdt de pijn me door het hart als ik Jezus hoor zeggen dat iemand Hem gaat verraden.

O, de pijn van verraden worden, wat doet dat zeer, wat doet dat zeer…
Heer Jezus, U wist van te voren dat Judas U zou verraden, of hoopte U dat Judas het toch niet zou doen, dat hij tot inkeer zou komen, maar dan, dan…

'Ik zeg je, Petrus', hoor ik ineens, 'vandaag, nog voor de haan kraait, zul je drie keer zeggen dat je me niet kent.'

Opnieuw die pijn.
O, Heer, hoe vaak heb ik al niet gezwegen.
Hoe vaak heb ik al gedaan alsof ik U niet kende.
Hoe vaak heb ik al niet staan stuntelen, uitvluchten zoekend om maar niet zo’n 'Jesus-freak' te lijken.

‘k Voel een warme traan over m’n wang glijden.
Ik lik hem weg met mijn tong; hij smaakt zout.

dinsdag 26 maart 2013

Onderweg naar Pasen - Het einde nadert ...

Er komt een ezel aangelopen.
Iemand zit op zijn rug en voor de ezel uit lopen vele mensen.
Ze spreiden hun mantels uit over de grond en zwaaien met palmtakken, terwijl ze roepen:

‘Gezegend de Koning, die komt in de naam van de Heer.
Vrede in de hemel, aan God in de hoge de eer.’

Het is Jezus, die als koning Jeruzalem wordt binnengehaald.
De mensen denken dat Jezus hen zal verlossen en bevrijden van de Romeinse onderdrukkers, dat er een einde komt aan al die ellende.

Wordt het vaak zo niet voorgespiegeld?
Alsof Hem kennen, Hem liefhebben, in Hem geloven, Hem toebehoren betekent geen problemen meer hebben, geen pijn, geen verdriet, geen zorgen meer?
Och, was het maar zo.
Het is zo makkelijk Hem te loven en te prijzen als alles goed gaat, er geen problemen zijn, geen sprake is van pijn en verdriet.
Maar hoe moeilijk is het soms niet om te geloven, te vertrouwen, te loven en te prijzen als het leven wordt geteisterd door steeds weer terugkerende pijn, of verdriet, door onzekerheid of andere problemen.
Want, worden we dan soms niet verscheurt door onze gevoelens?
Of overmand door boosheid en/of teleurstelling?
Raken we daardoor soms niet ons zicht op Hem kwijt en voelen we ons verloren en ontredderd, eenzaam en alleen?
Hebben we daardoor soms niet het gevoel dat we er alleen voor staan, dat Hij ons niet ziet.
Leef je tussen twee werelden, waarvan je weet, de één is maar tijdelijk, maar  de ander gevoelsmatig nog zover weg.
De één is niet je ware thuis, maar je leeft er wel, met alles wat daar bij hoort en gebeurt.
Het leven kan soms zo’n gevecht zijn.


‘Ik hoor ze jubelen.’
‘Ik zie ze dansen.’
Maar het voelt zo dubbel.
Maar dat komt vast doordat ik weet wat er komen gaat.
Ik heb het al zo vaak gehoord, gelezen…

 

maandag 25 maart 2013

Onderweg naar Pasen - Hoe het verder gaat ...

In vogelvlucht gaat het verder.
In gedachten zie ik Jezus in de woestijn.
Nee, Zijn honger na 40 dagen vasten kan ik niet voelen.
… Ach, wat weet ik van honger af …
Ik ‘zie en hoor’ hoe satan Hem op de proef stelt op het moment dat Hij het kwetsbaarst is.
Maar Hij, Jezus, antwoordt vanuit Gods woord.
Hij gebruikt de Bijbel als wapen tegen de satan.

O, Heer, wat doe ik het vaak toch fout.
Wat ga ik toch vaak in discussie met de boze of laat mijn gedachten/gevoelens omver en in de war gooien.
Wat vergeet ik toch vaak dat ik hem alleen kan verslaan door Uw woord.
U gaf het voorbeeld en ik vergeet.
En, och Heer, wat is vaak mijn kennis ook te klein, wat weet ik vaak te weinig en wat verdraait hij Uw woorden, soms zo subtiel, dat ik er helemaal niet meer uitkomt en verstrikt raakt in zijn leugens en bedrog met alle gevolgen van dien.
Maar wat ben ik U dankbaar dat U daar weet van heb en het begrijpt en op mij wacht.
Ik moet nog zoveel leren, maar wat ben ik blij en dankbaar dat U mens geworden ben en mij in alles bent voor gegaan.
Dank U wel, dat ik mag leren.

Dan volgen de dingen elkaar snel op.
Lammen gaan weer lopen, blinden zien, doven weer horen.
Vele toespraken houdt Hij, vele lessen zijn te leren.
Hij gaat om met hoeren, eet bij belastingophalers.
Jezus gaat om met mensen met wie ik geen raad weet.
Ja, ik vind ze zielig, hun situatie verdrietig en soms in- en intriest.
Het raakt mijn hart, maar ik weet vaak niet hoe ik er mee om moet gaan.


En Hij?

Hij eet met ze, praat met ze, houdt van ze; echt waar!
De liefde straalt uit Zijn ogen.
Ik voel, ik ervaar de warmte van de liefde die Hij voor hen, de outcast, heeft.
Trieste mensen, mensen die weten dat hun leven niet goed is of wiens lichaam afstotelijk is door één of andere ziekte, of wat dan ook.

O, God, vergeef mij mijn hoogmoed, mijn trots, mijn liefdeloosheid, mijn onbegrip.
U kwam immers voor zieke mensen, gezonde mensen hebben U niet nodig.
Wat plaats ik mij met mijn woorden boven hen, alsof ik, door mijn aan de buitenkant niet zichtbare ‘ziekte’, U niet, of minder nodig zou hebben.
Ik heb U immers net zo hard nodig als zij.
Ik ben immers niets beter of slechter dan zij.
Vergeef mij, Heer Jezus, en praat, eet, lach en huil met mij zoals U met hen doet.
Houdt van mij zoals U van Hen houdt, want zonder Uw liefde kan ik niet leven.

Dan weer geeft Hij duizenden mensen te eten van 5 broden en twee vissen en ze houden nog hartstikke veel over ook.
En iedereen heeft meer dan genoeg.
Eigenlijk onvoorstelbaar en toch zo waar.

Wat moet ik toch met deze Man…
Ik word zo door Hem aangetrokken, door de liefde die hij uitdeelt, weggeeft.
Ik voel, ik ervaar die liefde en toch…
Zijn als Hij…
Worden als Hij…
Wat is dat toch met deze man?

 
 


zondag 24 maart 2013

Onderweg naar Pasen - Het begin ...

In gedachten ga ik terug in de tijd.
Terug naar de tijd dat Jezus leefde.
Mijn bijbel ligt naast me voor de details, want alles wat ik aan dit papier toevertrouw moet 100% waar zijn en alleen de Bijbel, Gods woord, is dat.
Ik sla het evangelie van Lucas op, daar waar de engel Gabriël verschijnt aan Maria en vandaar uit glijden mijn gedachten verder en ga ik in de evangeliën door op zoek naar….
In gedachten ben ik aanwezig, loop ik mee als een onzichtbare toeschouwer in Jezus’ leven.

Ik sta in de tempel in Jeruzalem en zie Jezus zitten tussen de Schriftgeleerden.
Er komen twee mensen aangelopen, een man en een vrouw.
De vrouw loopt op Jezus, twaalf jaar oud, toe en zegt tegen Hem: 'Jongen, wat heb je ons aangedaan?'
Ik proef haar boosheid, haar bezorgdheid, haar angst om haar Kind dat zij kwijt was.
Ze spreekt verder en zegt tegen Hem:'Je vader en ik waren zo bang en hebben je overal gezocht.'
Maar Jezus zei: 'Waarom hebt u naar Mij gezocht? Wist u niet dat Ik moet zijn waar Mijn Vader is?'
Deze man en deze vrouw, Jozef en Maria, begrepen het niet.
Ik ook niet.
Zowel Maria als Jozef wisten dat Jezus Gods Zoon is, maar de angst om het Kind dat zij kwijt waren, was te groot en deed hen het andere vergeten.

Dan ben ik ineens bij de Jordaan.
Iemand staat in het water, een ruig figuur.
Lang haar, een baard en zijn kleding lijkt op een jute zak.
Ook lopen en staan er veel mensen bij en in het water.
Het is Johannes de Doper.
Dit is het moment waarop Jezus Zich laat dopen.
Jezus loopt op Johannes toe om Zich door hem te laten dopen.
Johannes probeert hem te weerhouden, maar Jezus antwoordt, dat alles gedaan moet worden naar Gods wil.
En Johannes gehoorzaamt.

Dan, als Jezus boven water komt en staat te bidden, gaat de hemel open en de Geest van God daalt als een duif op Hem neer.
En een stem klinkt uit de hemel, zeggende: 'Dit is Mijn geliefde Zoon, de Man naar Mijn hart.'

Jezus, gedoopt, vervult met de Heilige Geest.
Jezus, Gods Zoon, de Redder van de wereld.
Mens geworden.
En toch, wat betekent dat?
Wat houdt dit allemaal in?
Heer, mijn weten, mijn verstand en mijn hart moeten één worden!

'Dit is Mijn Geliefde Zoon, de man naar Mijn hart.'
 

zaterdag 23 maart 2013

Onderweg naar Pasen ...

Inleiding

Jaren geleden tijdens een vrouwenconferentie hoorde ik voor het eerst wat er eigenlijk precies gebeurd met een geseling en kruisiging.
Het heeft mij nooit meer losgelaten.
Mijn gedachten bleven er naar uit gaan en ik wist dat ik dit op de één of andere manier verwoorden moest.
In mij begon het steeds meer te dringen, maar lange tijd kon ik niet de woorden, noch de rust, vinden om te schrijven.
Het bleef door mijn hoofd malen en malen en malen, totdat …
Dit is inmiddels alweer zo’n 9 jaar geleden.
Maar het verhaal is heel belangrijk voor mij; het is een deel van mij en dit jaar, 4 jaar nadat ik het op mijn eerste Blog heb geplaatst, wil ik het geheel opnieuw doorlezen en doorleven.
Je bent welkom om dit met mij te doen en zo op weg te gaan naar Pasen.
Vanaf morgen zal ik D.V. iedere dag een stukje van dit hele verhaal plaatsen.

Mijn gebed is, dat het een ieder die dit leest heel dicht bij de Here Jezus zal brengen, bij het kruis, bij wat Hij voor jou, voor mij heeft gedaan.
Voel, proef, ervaar de grote liefde die onze Heer en Heiland, Jezus Christus, de Zoon van God, heeft voor jou en mij.


Voorwoord                                             

’t Is stil in huis.
Dat is geen wonder want het is tien voor half twaalf  ’s avonds.
Op de achtergrond klinkt zacht muziek.
Ik hoor hoe het ene nummer ‘My hope is on You alone’ over gaat in ‘I don’t know what tomorrow brings’.
En tijdens deze muziek glijdt mijn pen over het papier om mijn gedachten daaraan toe te vertrouwen.
'I don’t know what tomorrow brings.'
Nee, Heer, ik weet niet wat morgen brengt, ik weet alleen dat U daar zult zijn.
Dan gaan mijn gedachten terug naar waar ik al zo lang aan heb moeten denken.
En mijn gedachten gaan naar Jezus, naar Zijn leven, Zijn lijden, Zijn sterven en het verlangen in mij om het bijna uit te schreeuwen:

                       'Weet je wel hoe groot Zijn lijden was,
                        voor jou,
                        voor mij??!!'

Een vraag voor zowel ongelovigen als gelovigen, maar zeker ook voor mijzelf.
Weet ik zelf wel, besef ik het zelf wel hoe groot Zijn lijden was?
Deze vraag brengt mij ertoe om te gaan zitten en al mijn gedachten in woorden om te zetten.
Gedachten, die al zolang door mijn hoofd heen spoken en erom vragen om op papier te worden gezet.
Gedachten, die eindelijk op papier kunnen worden gezet omdat de tijd er rijp voor is, omdat ik er klaar voor ben.
Ach, wie zal het zeggen waarom precies nu; ik weet alleen dat iets in mij, mij dringt.
En zo, in de stilte van de aankomende nacht en de zachte muziek op de achtergrond vertrouw ik mijn gedachten en gevoelens toe aan het papier.
Laat ze tot zegen zijn, Heer, voor een ieder die ze ooit leest.

Een liefdevolle groet,

Rita

vrijdag 22 maart 2013

Bescherming, steun en kracht

Bedenk hoe groot en indrukwekkend de HEER is ...   (67)

Uw bescherming was mijn schild,
Uw rechterhand was mijn steun,
Uw zorg gaf mij kracht.

Psalm 18:36

In dagen dat we het moeilijk hebben, is het juist belangrijk om te kijken naar wie God is.
Daar ligt onze kracht om verder te kunnen, om vol te houden.
Als we zien op wie Hij is, op Zijn kracht, hoe trouw en betrouwbaar Hij is, hoe liefdevol en bewogen, hoe uit alles blijkt dat Hij voor ons zorgt, dan komt Zijn grootheid ver boven onze moeilijkheden en problemen te staan en zullen we opnieuw beseffen, dat Hij bij ons is in elke omstandigheid en ons de kracht en steun wilt geven die we nodig hebben.
Als we zien op onze omstandigheden dan weten we vaak niet meer hoe we ooit nog verder moeten, maar als we zien op Hem, voor Wie niets verborgen is en Die alles in de hand heeft, dan weten we, dat Hij ons ook in alles nabij zal zijn en zal helpen.
Dan mogen we weten, dat Hij dit op de één of andere manier zal gebruiken om er iets goeds uit voort te doen komen.
Zien op Hem, Zijn hulp verwachten te midden van moeilijkheden, pijn, verdriet, zorgen …, zal onze relatie met Hem doen groeien en we zullen meer en meer ontdekken hoe groot en indrukwekkend Hij is, omdat Hij het ons juist dan zo kan tonen.


Bescherming

Psalm 5:13 - Heer, U zegent wie zich richt naar U, liefdevol beschermt U hem, als een schild.

Richt je naar Mij
in elke omstandigheid.
Ik zal je zegenen
en liefdevol beschermen;
als een schild
rondom je zijn, altijd.


Steun

Jesaja 41:10 - Vrees niet, want Ik ben met u; zie niet angstig rond, want Ik ben uw God. Ik sterk u, ook help Ik u, ook ondersteun Ik u met mijn heilrijke rechterhand.

Wees maar niet bang,
je hoeft niet angstig
om je heen te kijken.
Ik ben jouw God
en zal je helpen
en ondersteunen;
je steeds opnieuw
Mijn heilrijke rechterhand
aanreiken.


Zorg

Psalm 103:13 - Zoals een vader zich ontfermt over zijn kinderen, zo ontfermt de HEERE Zich over wie Hem vrezen.
Jesaja 49:15 – Kan een vrouw haar zuigeling vergeten, zich niet ontfermen over het kind van haar schoot? Zelfs al zouden die het vergeten, Ik zal u niet vergeten.

Mijn geliefd kind,
zoals een vader zorgt
voor zijn kinderen
zo zorg Ik voor jou.
Al zou je moeder
je vergeten,
Ik vergeet je nooit;
zo groot is
mijn liefde voor jou!

Kracht

Jesaja 12:2 - Ja, het is God die mij behoudt, ik ben vol vertrouwen, angst heb ik niet. De Heer geeft mij sterkte en kracht, Hij is mijn behoud.’

Vol vertrouwen,
zonder angst of beven,
kun jij je wegen gaan.
Ik, de Heer, ben het,
die je kracht en sterkte geeft.
Ik ben jouw behoud,
op Mijn woord kun je aan.


woensdag 20 maart 2013

Mijn schuilplaats, mijn schild

Bedenk hoe groot en indrukwekkend de HEER is ...   (66)

U bent mijn schuilplaats en mijn schild,
op Uw woord heb ik gehoopt.

Psalm 119:114

In eerste instantie lijkt het hier misschien niet te gaan om de grootheid van God of hoe indrukwekkend Hij is, maar niets is minder waar.
Het feit dat Hij een schuilplaats en een schild is en Zijn woord betrouwbaar verwijzen juist naar Zijn grootheid.
Wie kan immers een schuilplaats, een toevlucht, een schild zijn voor een ieder?
Wiens woorden zijn zo betrouwbaar dat je er hoop op kunt stellen?

Van oudsher is God een schuilplaats, zijn armen dragen u voor eeuwig.
Deuteronomium 33:27

In de vreze des HEEREN is een sterk vertrouwen, en voor Zijn kinderen zal Hij een toevlucht zijn.
Spreuken 14:26

Gods weg is volmaakt, de woorden van de HEERE zijn gelouterd, Hij is een schild voor allen die tot Hem de toevlucht nemen.
2 Samuël 22:31

Het gras verdort, de bloem valt af, maar het Woord van onze God bestaat voor eeuwig.
Jesaja 40:8

Overal in de Bijbel kom je steeds opnieuw die woorden tegen; God is een schuilplaats, een toevlucht, een schild voor op Hem zijn/haar vertrouwen stelt.
Steeds opnieuw wordt in Zijn woord bevestigd dat Zijn woord betrouwbaar is.
God zegt het van Zichzelf in Zijn woord, maar vele anderen in de Bijbel getuigen er ook van.

En wat is het heerlijk, wat is het geweldig om zo’n schuilplaats, zo’n toevluchtsoord te hebben.
Wat kan het leven soms moeilijk zijn, hoeveel pijn en verdriet is er niet.
Wat komt er soms ontzettend veel op je af en hoe weinig rust is er nog te vinden in deze wereld.
Wat wordt er ook niet veel van je verwacht en verlangt, en hoe weinig begrip en medeleven is er nog voor elkaar.

Soms heb ik de neiging om hard gillend weg te lopen van alle moeiten en zorgen die er zijn; zou ik willen gaan slapen en pas wakker worden als alles weer voorbij is.
Maar helaas kan dit niet en moet ik verder.
En ik kan ook verder, dankzij het feit dat ik een toevluchtsoord heb een schuilplaats waar ik heen kan vluchten om even tot rust te komen en bij te tanken.
Waar een paar eeuwige armen om mij heen geslagen worden en mij woorden van leven, van bemoediging ingefluisterd worden.
Waardoor ik weer nieuwe kracht ontvang en verder kan.

Ook aan mij heeft Hij immers bewezen betrouwbaar te zijn.
Niet alleen door Zijn woord weet ik dat Hij voor mij zorgt, maar ook door wat Hij al in mijn, in ons leven heeft gedaan.
Ze zijn opgeschreven, zowel op papier als in mijn hart en laten mij keer op keer zien hoe groot en indrukwekkend Hij is.


Mijn schuilplaats, mijn schild is Hij!
Zijn woorden zijn een balsem
voor mijn vermoeide en geteisterde hart.
Ik kom tot rust in Zijn aanwezigheid.
Geheeld worden mijn wonden,
mijn pijn, mijn smart.

Mijn schuilplaats, mijn schild is Hij!
Bescherming vind ik
in Zijn tegenwoordigheid.
Zijn eeuwige armen zijn onder mij.
Hij geeft mij nieuwe kracht;
maakt mij opnieuw klaar voor de strijd.

Mijn schuilplaats, mijn schild is Hij!
Samen met Hem
vervolg ik mijn weg.
Ik neem mijn kruis op en ga verder,
terwijl ik vol vertrouwen
mijn hand in de Zijne leg.



dinsdag 19 maart 2013

11e Oma-dag

De elfde oma-dag.
Aan de ene kant voelt het een beetje raar worden om eigenlijk zo alle dagen te tellen, maar aan de andere kant voelt het ook weer goed.
Ze zijn zo kostbaar en op deze wijze lijkt het alsof de kostbaarheid daarvan  wordt weergegeven.
Geen dag is vanzelfsprekend, en zo wil ik ze ook niet gaan zien.

Het is echt een beetje kwakkelen met ons grietje momenteel.
Opnieuw was ze niet erg lekker.
Haar rechteroogje is (nog steeds of weer?) een beetje ontstoken en ze voelde ook wat koortsig aan.
Haar tandjes proberen ook steeds meer te voorschijn te komen, dat zal er ongetwijfeld mee samenhangen, maar och, ze is ook nog steeds zo verkouden.
Er wordt heel wat af gepoetst op een dag, en nee, dat vindt ze zoals elk kind helemaal niet zo leuk.
Opnieuw dus een dag met veel slapen.
Maar als ze wakker is, blijft ze lief en vrolijk, totdat ze weer moe wordt.

Ze heeft ook een nieuw spelletje.
Een paar keer ronddraaien en je dan laten vallen.
Ach ja, in de box val je zachtjes.
Ik weet toevallig dat haar vader dit met haar had gedaan en dat ze toen op de grond viel.
Schijnbaar vond ze het nogal leuk, want vandaag deed ze het een paar keer in de box.
En lachen daarna.

Het eten ging vandaag ook niet zoals anders.
De twee boterhammetjes die ze anders altijd achter elkaar naar binnen werkt, blijft nu beperkt tot anderhalf en het warm eten is ook matig en zelfs het danoontje, wat er anders invliegt, hoeft ze niet.
Fruit is altijd een drama, daar houdt mevrouw niet van, maar als oma mag je immers iets anders doen, dus deze oma koopt af en toe een babypotje voor kinderen vanaf 4 maanden, smaak banaan, en die vindt ze toch lekker!
Dat zat er vanmorgen zo in en volgens mij had ze daar nog ze meer van willen hebben.

Als papa haar dan weer komt halen, dit keer maar vlug in de auto en mee naar huis.
Een andere keer maar weer een kopje koffie met papa.

Toch was het weer gezellig zo saampjes.

 
Nee, ik was geen vliegtuigje aan het spelen,
ik verloor bijna mijn evenwicht.
Ik heb ook nog een tekening voor mama en papa gemaakt,
maar die zijn we vergeten.
En met boekjes lezen kun je niet vroeg genoeg beginnen,
vindt oma.

 

maandag 18 maart 2013

Verborgen schat

Als dochterlief naar school vertrokken is, smeer ik snel een broodje voor mijzelf.
Het huis is verder nog in diepe rust; mijn lieve echtgenoot en zoon liggen beiden nog op één oor.
Het is dan ook nog vroeg.

Vanmorgen kruip ik met mijn broodje en kop koffie weer terug in mijn stoel.
Soms kijk even het journaal, maar vanmorgen pak ik even een boekje er bij.
Jaylinn nestelt zich heerlijk op mijn schoot en zo zitten we saampjes in alle rust.
Zij met gesloten oogjes en ik met mijn boek: ‘Verborgen schatten van heiligheid’ van Joni Eareckson Tada.
Het zijn allemaal korte, op zichzelf staande stukjes en fijn om zo eens even tussendoor te lezen.
Met het lezen stuit ik op een zin die me diep raakt en stilzet.
Ik stop met lezen, pak mijn bloknootje wat altijd binnen handbereik ligt en schrijf de zin over.
Wat in dit geval belangrijk is om te weten, (voor diegenen die Joni niet kennen) is, dat  zij heeft op 17 jarige leeftijd met een duik in ondiep water haar nek heeft gebroken en vanaf die dag verlamd is vanaf haar schouders.
(lees << hier >> meer)
Als je dit weet en leest wat ze schrijft, dan ontdek je dat hier een vrouw aan het woord is die geleerd heeft, en nog leert, om de lessen van God te zien in wat op haar pad komt om te groeien in heiligheid.
En zo kom ik met de onderstaande zin bij de verborgen schat van heiligheid van dit hoofdstukje.

‘God gebruikte mijn gedwongen rust om mijn innerlijk aan te passen aan wat met mijn uiterlijk was gebeurd.’

De titel van het hoofdstukje is ‘Stilte van binnen’.
Als tijdens een winkeltochtje de accu van haar rolstoel onverwacht leeg is, moet haar vriendin de rolstoel verder duwen.
Ik kan je verzekeren, een elektrische rolstoel voortduwen is een verschrikkelijk zwaar karwei, ze zijn daar echt niet voor gemaakt en na een poosje geeft haar vriendin het dan ook even op.
Terwijl de vriendin dan maar even de pakjes gaat ophalen om zo gelijk even op adem te komen, blijft Joni bij de winkel achter in haar rolstoel.
En zo wacht ze heel stil tot haar vriendin weer terug is, terwijl de mensen om haar heen voortjagen.

Heel stil, omdat een groot deel van haar lichaam nooit beweegt, omdat zij vanaf haar schouders verlamd is.
Altijd zit ze stijf rechtop, altijd kalm, altijd rustig, omdat haar lichaam niet anders kan.
Nu ligt er echter ook een glimlach op haar lippen terwijl ze in deze gedwongen rust wacht, maar dat was niet altijd zo.
Vlak na het ongeluk heeft ze maanden stil gelegen.
Eerst op de intensive care en de gewone zaal, later uren wachtend in haar rolstoel op de revalidatie.
De nachten waren het meest beangstigend.
Kon ze in de rolstoel zitten nog haar schouders ophalen, liggend in bed was de zwaartekracht haar vijand en kon ze niets anders bewegen dan alleen haar hoofd.
Met het verstrijken van de jaren veranderde er veel door gebed en studie van Gods woord en ze kwam er achter dat ze ergens in die jaren juist Gods vrede en kracht had leren kennen in die moeilijke, claustrofobische uren omdat ze zwak was.
Haar bed, dat eerst een altaar van ellende was, veranderde in een altaar van lofprijs.
Het is de enige plek geworden waar zij in ontspannen rust met God een ontmoeting kan hebben.
Als zij haar slaapkamer binnenkomt reageren haar gedachten met een met: Het is nu tijd om stil te zijn en God beter te leren kennen; tijd om te bidden.
Ze geeft aan dat het zo ook voor ons kan zijn, als wij gedwongen worden om stil te staan, wachten in een rij, in de file of aan een ziekenhuisbed.
Ga niet ongeduldig mopperen, maar gebruikt zulke momenten om stil te worden voor God.

‘God gebruikte mijn gedwongen rust om mijn innerlijk aan te passen aan wat met mijn uiterlijk was gebeurd.’

Als ik bij deze zin aankom, klap ik mijn boek voor een moment dicht om de woorden tot mij door te laten dringen.
Ik kijk naar mijn schrijfblokje waar ik de woorden heb opgeschreven en lees en herlees de woorden terwijl ik mijn gedachten erover laat gaan.
Ze raken me diep deze woorden.
Ik kijk naar m’n gezin, naar alle problemen, naar al het verdriet, naar alle moeite.
En ik kijk naar mijzelf, naar mijn reacties hierop en zet ze in het licht van de boodschap die in deze woorden van Joni verborgen ligt.
Mijn gedachten gaan ook naar zaterdag (ik was op een jubileumfeestje) waar iemand een opmerking maakte over ergeren die nog steeds in mijn gedachten rondgaat.
‘Ergeren is ook zonde; we moeten leren om ons niet te ergeren.’
Ik breng mijn gedachten even tot stilstaan en lees het hoofdstukje uit.

Opnieuw laat ik mijn gedachten gaan en besef dat God tot mij spreekt aan het begin van deze nieuwe dag door deze woorden heen.
De verborgen schat is niet verborgen meer; nu is het mijn taak om er voor te zorgen en hem niet te verliezen.

Ik denk aan de rij bij de kassa, waar ik voor mijn gevoel altijd de verkeerde rij neem.
Ik denk aan waarop ik soms allemaal niet moet wachten.
Ik denk aan mijn kinderen, de problemen en het verdriet, aan hoelang het allemaal al niet duurt en speelt.
Ik denk terug aan de jaren van vechten tegen de pijn en niet instaat zijn te doen wat ik moest doen; over gedwongen stilgezet worden gesproken.
Ik denk aan hoe makkelijk dingen je weer ontglippen als het weer beter gaat.
Ineens denk ik ook weer aan die dagen dat ik soms met heimwee terugdacht aan de bijzondere momenten die ik met God heb gehad in die tijd van pijn en niets kunnen.
En hoe ik moest leren om God ook te vinden, te zien, als alles ‘goed’ gaat.
Mijn gedachten gaan werkelijk alle kanten uit.

Maar deze schat wil ik onthouden, omdat ik opnieuw besef hoe God de dingen die op mijn pad komen, kan en wil gebruiken om mij te leren, zodat ik groeien zal in heiligheid en in mijn relatie met Hem tot eer van Zijn Naam.


‘God gebruikte mijn gedwongen rust
om mijn innerlijk aan te passen
aan wat met mijn uiterlijk was gebeurd.’
 


zondag 17 maart 2013

Zuiver als gelouterd zilver

Bedenk hoe groot en indrukwekkend de HEER is ...   (65)

Op wat de Heer zegt, kun je aan.
Zijn woorden zijn zuiver als zilver, als zilver in de oven gelouterd, tot zevenmaal toe.

Psalm 12:7

Wij mensen zijn niet al te betrouwbaar als het gaat om wat wij beloven of wat wij zeggen.
We bedoelen het vaak zo goed, maar als het aankomt op de uitvoering, dan schieten we menigmaal tekort.
En met de waarheid nemen we het ook niet altijd even nauw.
Een leugentje of een beetje verdraaien omdat ons dit beter uitkomt glipt soms voor we het soms beseffen over onze lippen.
Nee, over het algemeen genomen kun je wel zeggen dat men niet echt op onze woorden aankan, hoe goed we het soms ook bedoelen.

Hoe anders is dat met de woorden van de HEER.
Op Zijn woorden kunnen we aan.

‘Zijn woorden zijn zuiver als zilver,’ zegt David, ‘als zilver in de oven gelouterd, tot zevenmaal toe.’
Niet als zilver dat eenmaal gezuiverd is in de oven, niet tweemaal of driemaal, nee, gezuiverd tot wel zevenmaal toe!
Reken maar dat zilver dat zeven keer in de oven is geweest geen enkele onzuiverheid meer bevat, maar zuiverder is dan zuiver.
En zo spreekt David over Gods woorden.
Met andere woorden, als God spreekt, als Hij wat zegt, wat belooft, dan kun je er voor 100 % zeker van zijn dat er gebeurt wat Hij heeft gezegd, dat het waar is wat Hij heeft gezegd of dat het rechtvaardig is wat Hij heeft gezegd of zegt.

Het is voor ons mensen niet voor te stellen dat iemand alles doet wat hij zegt, iedere belofte nakomt, ieder woord dat over zijn lippen komt waarheid is of gerechtvaardigd.
Maar Zijn woorden zijn dat wel.

Van welk een grootheid getuigt dit niet en tegelijk welk een bemoediging ligt hier niet in.
Er zijn, behalve dat we geboren worden en eenmaal zullen sterven, niet veel zekerheden in ons leven, maar dit is er ook één: God is betrouwbaar; op Zijn woorden kun je aan.
Zijn woorden zijn waar.
Zijn beloften komen uit.

Het woord van de HEER is zuiver,
altijd blijft het gelden.
De uitspraken van de HEER zijn betrouwbaar,
hun juistheid valt niet te betwisten.
Ze zijn begerenswaardiger dab goud,
dan het allerzuiverste goud;
ze zijn zoeter dan honing,
dan honing, zo uit de raat.
Psalm 19:10,11

Eeuwig, HEER, houdt Uw woord stand,
het is vastgelegd in de hemel,
van geslacht tot geslacht gaat Uw trouw.
Psalm 119:89

O, Uw woord heeft de toets van het leven doorstaan,
ik heb het lief, ik ben Uw dienaar.
Psalm 119:140

Ik zal neerknielen, mijn gezicht naar Uw heiligdom,
en U prijzen om Uw liefde, om Uw trouw.
Want U doet Uw woord gestand,
U houdt Uw Naam in ere.
Psalm 138:2


donderdag 14 maart 2013

Hij gaat voor mij uit

Bedenk hoe groot en indrukwekkend de HEER is ...    (64)

De Heer Zelf zal voor je uittrekken, Hij zal je ter zijde staan.
Hij laat je niet aan je lot over, Hij laat je niet alleen.
Wees dus niet bang, laat je geen schrik aanjagen.

Deuteronomium 31:8

Wat een fantastisch, bemoedigend woord van God.
Het raakt mij omdat ik daardoor weet, dat ik nooit alleen zal zijn, maar ook omdat Hij, die zo groot en almachtig is, zo naar mij (naar ons) om ziet.
Zijn liefde en trouw zijn eeuwig voor wie Hem toebehoren.
En zo raakt dit woord mij op twee manieren.
Ik word stil van zulk een grote liefde en trouw en ik neem Zijn woorden als bemoediging mee in het leven van iedere dag.

U trekt voor mij uit.
U zult mij terzijde staan.
Nooit laat U mij over aan mijn lot,
hoe mijn leven ook zal gaan.


Ik hoef niet bang te zijn;
U laat mij nimmer alleen.
Niets hoeft mij schrik aan te jagen,
want U bent als een schild om mij heen.


Wat er ook voor mij ligt.
Welke weg ik ook moet gaan.
Hoe onzeker alles ook is.
Hoe angstig vooruit kijken mij ook maakt.
Hoe bang ik ook word als ik denk aan morgen of de toekomst.
Hoe of wat dan ook: U zal Zelf voor mij uit gaan.
U staat mij terzijde.
U laat mij niet aan mijn lot over, noch laat U mij alleen.
Ik hoef dus niet bang te zijn of mij bang te laten maken door wat voor mij ligt.
Uzelf bent er bij!’


Vader, dank U wel, dat U zo voor mij zorgt en over mij waakt.
Dank U, dat Uw hand nooit te kort is.
Uw ogen zien mij, Uw oren horen mij.
Nooit zult U mij alleen laten, in geen enkele omstandigheid.
Dank u voor zoveel liefde, dank U voor zoveel trouw.
Laat mij dit toch nooit vergeten; welke omstandigheden mijn hart ook benauwen.
U bent er altijd bij!
Nog meer dan dat: U gaat voor mij uit!
Dank U wel.

 - Amen -

woensdag 13 maart 2013

Wijsheid en liefde

Bedenk hoe groot en indrukwekkend de HEER is ...    (63)

‘Wie van u zonder zonde is, mag de eerste steen gooien,’ zei Hij.
En Hij boog Zich opnieuw voorover en schreef op de grond.

Johannes 8:7

Ik ben zo onder de indruk van de wijsheid van de Here Jezus, maar ook van de manier waarop Hij omgaat met situaties, met mensen en ik besef, dat wij christenen, die Zijn voorbeeld willen volgen, vaak nog heel ver verwijderd zijn, van Zijn manier van omgaan met anderen.

De schriftgeleerden en de Farizeeën wilden Jezus in de val laten lopen; ze hadden iets nodig om Hem te beschuldigen en om dat te kunnen bereiken, brachten ze Hem een overspelige vrouw.
Eigenlijk werd deze vrouw door hen misbruikt voor hun eigen doeleinden: Jezus in de val te laten lopen.
Ze hielden Jezus voor dat de vrouw op heterdaad was betrapt en wat de wet van Mozes zegt over overspel en ze vroegen wat Hij er van vond.

Wij mensen hebben dan al vaak en gauw ons woordje klaar; de Bijbel zegt dit, dus ...
En voor we er zelf soms ook maar erg in hebben, hebben we iemand al veroordeeld.

Maar Jezus zweeg en boog Zich voorover en schreef in het zand.
Wat Hij schreef staat nergens vermeld, maar het ging geloof ik ook niet zo zeer om wat Hij schreef als wel om Zijn houding.
Hij wist dat ze Hem in de val wilden laten lopen en Hij zweeg.
Jezus liet Zich niet zomaar in verleiding brengen om snel een antwoord te geven, maar Hij nam de tijd.

Ik kan me zelfs zo voorstellen, dat, terwijl Hij op de grond aan het schrijven was, in stilte sprak met Zijn vader.
'Ziet U, Vader, hoe ze zijn, wat ze willen doen?
Ze gebruiken zelfs deze vrouw om Mij in de val te kunnen laten lopen.
Het interesseert hun helemaal niets wat er met deze vrouw gebeurd; ze zijn alleen
maar op Mij uit, om Mij in de val te laten lopen.'
Jezus had grote liefde en bewogenheid voor deze vrouw.
Ja, Hij wist dat zij gezondigd had en de dood verdiende, maar de schriftgeleerden, de Farizeeën en al die mensen die erom heen stonden, waren geen haar beter.
Daarom kan ik me ook zo voorstellen, dat Hij deze dingen, deelde met Zijn Vader; dat Zijn hart vervuld was van pijn en verdriet om deze dingen die gebeurden.

Uiteindelijk, toen ze door bleven vragen, richtte Jezus Zich op en gaf het volgende, wijze en voor ons zeer leerzame antwoord: 'Wie van u zonder zonde is, mag de eerste steen gooien.'
En vervolgens boog Hij Zich opnieuw voorover en schreef op de grond.
Hij zei verder niets.
Hij deed verder niets.

Ik vraag me af of ze nog één woord hebben gezegd.
Zou er een hoop geroezemoes zijn geweest of zou iedereen met stomheid zijn geslagen?
In ieder geval heeft niemand iets meer tegen Jezus gezegd, noch tegen de vrouw.

Na een poosje richtte Jezus Zich op, iedereen was weg.
En dan pas richt Hij Zich tot de vrouw.
'Waar zijn je beschuldigers gebleven; heeft niemand je veroordeeld?'
'Niemand, Heer.'
'Ook Ik veroordeel u niet.
Ga, maar zondig niet meer.'

Welk een wijsheid en inzicht had de Here Jezus.
Hij doorzag de schriftgeleerden en de Farizeeën geheel.
Nu kunnen we zeggen, ja, makkelijk zat, Hij was God, maar er zit een wijze les in voor ons.
Ja, Jezus is God en de Vader liet Hem al deze dingen zien, want Zij waren één.
Maar God heeft ons Zijn Heilige Geest gegeven, zodat Zijn wijsheid ons deel kan zijn.
Maar helaas hebben wij vaak al geantwoord of gehandeld nog voor we naar Hem zijn toegegaan om wijsheid, om inzicht.

Wij mensen zijn vaak heel impulsief in ons handelen.
Wij hebben al snel ons oordeel klaar en zien vaak naar de buitenkant zonder naar het totaal plaatje te kijken.
Wat zijn we daarmee ook een makkelijke prooi voor de boze.
Wat geven we hem een makkelijke ingang om ons in de val te laten lopen.
De boze maakte gebruik van de kwaadaardigheid van de schriftgeleerden en de Farizeeën om Jezus in de val te laten lopen, zo zal hij ook voor ons situaties creëren om ons in de val te laten lopen.

Misschien moeten we deze woorden van de Here Jezus maar goed uit ons hoofd leren, ze inprenten en ze steeds opnieuw in onze gedachten halen.
Ik ben er van overtuigd dat we meer en vaker oordelen dan dat we ons er zelf van bewust zijn.

Jezus houding was een houding van zwijgen, niet gelijk reageren.
Welk antwoord Hij ook zou hebben gegeven buiten het antwoord wat Hij gaf, er zou altijd wel iets in hebben gezeten waar ze Hem op aan zouden kunnen vallen.
Was het niet het één, dan zou het wel het ander zijn.
Het antwoord dat Hij gaf legde een ieder echter het zwijgen op.

Jezus leert ons in dit gedeelte twee belangrijke lessen.
Wees bedachtzaam, denk eerst na voordat je wat zegt.
Gods woord zegt: 'Indien iemand van u in wijsheid te kort schiet, hij vraagt de Vader erom en het zal hem gegeven worden zonder verwijt.'
Door de Heilige Geest wil God ons vullen met wijsheid, zodat ook wij zullen weten wat te doen of te zeggen.
Wij moeten veel meer en dichter bij de Vader leven om zo meer op Jezus te kunnen gaan lijken.
 

HEER, lieve Vader in de hemel, wat zijn wij mensen vaak impulsief en onbedachtzaam.
Wat hebben wij ons oordeel vaak al gauw klaar en ook veel meer dan we ons er zelf van bewust zijn.
Vergeef mij, Vader, dat ik zo makkelijk en ondoordacht mijn oordeel over iemand vel.
Ik weet ook, Vader, dat het voor U niet uitmaakt of ik iets zegt of alleen denk.
Want noch mijn woorden, noch mijn gedachten zijn voor U verborgen.
U heeft mij vergeven en aangenomen als Uw kind, leer mij door Uw ogen kijken naar ieder ander die ik op mijn weg tegenkom.
Ik was zondig en onrein, en toch nam U mij in genade aan.
Leer mij zo ook om genade te betonen zoals U mij Uw genade betoonde.
Maak mijn hart zacht en ontvankelijk voor Uw Geest en leer mij om in liefde en bewogenheid naar mijn naaste te zien.
Geef mij Uw Geest van wijsheid om te kunnen onderscheiden en zet een wacht voor mijn lippen.
En als mijn gedachten willen oordelen of hun oordeel al weer klaar hebben, wijs U mij dan daarop, opdat ik mijn zonde kan belijden en Uw vergeving zal ontvangen.
Oordeel niet opdat u niet veroordeeld wordt; zegt Uw woord.
Wie van u zonder zonde is, mag de eerste steen gooien.
Laten Uw woorden, Heer Jezus, steeds opnieuw weerklinken in mijn hart, want ik verlang ernaar om steeds meer op U te gaan lijken.
In Jezus Naam.

- Amen -

dinsdag 12 maart 2013

10e oma-dag

Vandaag was een heel rustigge oma-dag; ha, ha, misschien wel een dag die bij een oma past.
Nou ja, zo oud ben ik nog niet, maar het was wel een heerlijk rustig dagje zonder rare, gekke, of zelfs maar bijzondere dingen.
Naomi was moe en lag dus alweer bijtijds op bed en oma is verkouden en ook niet helemaal fit.
Een beetje aan de slome kant zeg maar.
Dit bij elkaar gevoegd leverde een zeer rustige dag op.
Daar het buiten zeer koud en guur is, was ons loopje met Jaylinn ook erg klein.
Net voor dat wat nodig is en dan maar weer gauw naar binnen, waar het lekker warm is.
Toch zat ik me  net te bedenken dat er weldegelijk een speciaal  momentje was vandaag.
Je kwam vanmorgen zo maar even uit jezelf bij oma op schoot zitten en even kroelen.
Ach ja, je was ook zo moe, maar oma vond het niet erg, hoor.
Je hebt zo weinig zitvlees, dat dit kostbare momenten zijn.

Tot vogende week, mijn lieve kleine meid.
Hopelijk dan weer wat beter weer, zodat we lekker kunnen wandelen.

Geen foto's vandaag, daarom eentje nog van de fotoshoot van een tijdje terug.


Foto©Patrick Ouwerkerk


maandag 11 maart 2013

WWJD

Bedenk hoe groot en indrukwekkend de HEER  is ...    (62)

Laat zo je licht schijnen voor de mensen, opdat zij jouw goede werken zien en je Vader, die in de hemelen is, verheerlijken.

Mattheüs 5:16

What Would Jesus Do?
Alles in het leven van de Here Jezus is erop gericht om Zijn Vader in de hemel te verheerlijken.
Zelfs al op jonge leeftijd is Hij Zich ervan bewust wie Hij is en wie Zijn Vader is en wat dat betekent.

Twaalf jaar oud was Hij, toen Zijn aardse ouders Hem kwijt waren na het vieren van het Paasfeest in Jeruzalem, waar hij voor het eerst mee naar toe mocht.
Als Zijn ‘ouders’ Hem dan na heel lang zoeken uiteindelijk vinden in de tempel tussen de schriftgeleerden en zij eigenlijk boos zijn om Zijn ‘ongehoorzaamheid’ en zij Hem daarover ter verantwoording roepen, antwoord Hij: ‘Waarom hebt u naar Mij gezocht? Wist u niet dat Ik moet zijn waar Mijn Vader is?
Onbegrijpelijk voor Zijn ‘ouders’, maar Hij ging wel weer met hen mee naar huis.
‘Bezig zijn met de dingen van Mijn Vader …
Van Hem leren, voor …’

Wat ik (ook) zo bijzonder vind  aan het leven van de Here Jezus is Zijn gehoorzaamheid aan Zijn Vader.
Toen ik nog niet beter wist, had ik zoiets van, ja, makkelijk zeg, Hij is immers de Zoon van God, zonder zonde, dus gehoorzaam zijn is voor Hem niet zo moeilijk.
En als je de verhalen lees over Jezus als twaalfjarig jongetje in de tempel, maar ook als Hij Zich laat dopen, Zich door de Geest de woestijn in laat leiden, in Zijn onderwijs en in Zijn wonder en tekenen die Hij doet, dan zou je dat ook wel denken.
Moeilijker wordt het als je kijkt naar Zijn lijden en sterven; al realiseerde ik me toen ik nog jong was niet, dat Hij dit door dit lijden heen heeft geleerd.
Daar kwam ik pas jaren later achter.
Hebreeën 5:8 spreekt hiervan.
‘Ofschoon Hij de Zoon van God was, heeft Hij door alles wat Hij geleden heeft, gehoorzaamheid geleerd!’

Dat we God meer eren met gehoorzaamheid dan met wat anders blijkt uit 1 Samuël 15:22, waar staat:
 ‘Zijn offers de HEER even lief als gehoorzaamheid aan Zij bevelen?
Nee, gehoorzaamheid is beter dan offers; luisteren gaat boven het vet van rammen.’
Jezus deed hier beide, Hij in gehoorzaamheid aan Zijn vader offerde Hij Zichzelf.
En Hij eerde Zijn Vader door gehoorzaamheid tot in de dood.

Hoewel de rage van de WWJD armbandjes een beetje is afgelopen (dacht ik), blijft het wel een actuele vraag.
Wat zou Jezus doen?
Toch, als het gaat om de Vader te eren door gehoorzaamheid te leren door lijden heen, haken velen af.
Veel liever richt men zich op de wonderen en tekenen van de Here Jezus, op de zegeningen die we zullen ontvangen als wegeloven en gehoorzaam zijn.
En vergeten wordt (of in ieder geval weinig over gesproken) dat Jezus Zelf gehoorzaamheid heeft geleerd door het lijden heen.

WWJD?
Wat zou Jezus doen?


God die mens werd en gehoorzaamheid leerde door lijden heen.

Hoeveel wonderen en tekenen Jezus ook heeft gedaan; hoeveel onderwijs Hij ook heeft gegeven en hoe Hij Zijn Vader ook eerde in alles wat Hij deed, uiteindelijk draait het maar om één ding: Hij eerde Zijn Vader in alles door gehoorzaamheid!
Gehoorzaamheid uit liefde!

Als wij ons licht willen laten schijnen voor de mensen zodat zij onze goede werken zullen zien en de Vader in de hemel verheerlijken, dan zullen ook wij, net als de Here Jezus gehoorzaamheid moeten leren.
En ja, dat betekent vaak juist door lijden heen.

Heer Jezus, vergeef mij dat ik er ooit zo makkelijk over dacht.
Dank U wel, dat U mijn ogen hebt geopend en ik mag zien, hoe ook U gehoorzaamheid hebt moeten leren.
Dit maakt mij stil, Here, dat U dit ook moest leren.
Opnieuw besef ik hoe U werkelijk naast mij gaat in alles wat ik doe en dat niets, maar dan ook niets U vreemd is.

Ik buig mij, Heer,
voor wie U bent
en ik geef U
alle lof en eer.

Dat U dit voor mij,
voor ons, hebt willen doen
is haast niet te bevatten.
Ik kan niet anders
dan U prijzen, Heer.

U wil ik aanbidden.
Heilig, heilig, heilig roepen
met al de engelen saam;
keer op keer op keer.

- Amen -

zaterdag 9 maart 2013

You are Loved - Je bent Geliefd

Bedenk hoe groot en indrukwekkend de HEER is ...    (61)

Ik heb je bij je naam geroepen, je bent van Mij!
Jij bent zo kostbaar in Mijn ogen,
zo waardevol, en Ik houd zo veel van je …

Jesaja 43:1,4

Hoe bijzonder is het eigenlijk wel niet dat God deze woorden tot ons, tot mij, spreekt.
Ja, ik besef en weet heel goed, dat deze woorden in eerste instantie zijn voor Zijn geliefde volk Israël, maar als kind van Hem ben ik geënt op de stam Israël en zijn deze woorden ook voor mij.

Als ik terug denk aan gisteravond, aan het thema dat wij hadden en hoe heerlijk ik het vind om aan al deze vrouwen te vertellen dat zij geliefde dochters (voor de mannen geldt natuurlijk ‘geliefde zonen’) zijn van de Allerhoogste, dan is daar ineens ook weer het besef dat deze woorden ook voor mij gelden.

Op de één of andere manier lijkt het op dit moment even van belang dat ik dit mezelf even voorhoudt en de diepte van deze waarheid tot mij door laat dringen.
Ik lees en herlees de woorden en proef ze als het ware op mijn tong.

Ik richt mijn blik naar boven; alsof ik Hem aankijk terwijl Hij de woorden nogmaals uitpreekt.

‘Ik heb jou, Rita, bij je naam geroepen, je bent van Mij!
Je bent zo kostbaar in Mijn ogen, zo waardevol!
Ik houd zoveel van je!.’

En Hij gaat verder.

Weet je, Ik heb werkelijk al je haren geteld.
Ik wil dat je weet dat alles wat jou betreft belangrijk is voor Mij.
Zo belangrijk dat er nog geen haar van je hoofd zal vallen zonder dat ik het weet.
Je hoeft dus niet bang te zijn, want Ik zorg voor je.
Ik ben immers jouw God!
Ik zal je helpen en ondersteunen.
Ik bedekt je met Mijn vleugels; onder Mijn hoede ben je veilig.
Mijn trouw is je schild, je pantser.
Ik hoor je als je naar Mij roept om hulp.
Ik luister naar je en geef je kracht.
Je mag je lasten aan Mij geven, Ik zal voor je zorgen.
Ik zal je niet laten bezwijken.
En mocht je eens vallen, dan pak Ik je hand.
Ik wil je zegenen.
O, niets kan jou scheiden van Mijn liefde!

Hoe onvoorstelbaar, hoe nauwelijks te bevatten, Zijn grote, immense grote liefde voor jou en mij.

You are Loved!
Je bent geliefd!
Alle woorden die Hij gesproken heeft getuigen van Zijn liefde.
Hoe groot is Hij!
Hoe groot bent U!
Ik dank U en prijs Uw Naam.

Mattheüs 10:30; Lucas 21:18; Jesaja 41:10; Psalm 91:4; Psalm 28:6,7a; Psalm 55:23; Psalm 37:24; Psalm 115:13; Romeinen 8:38,39

You are Loved

Rond half vier gistermiddag stapte ik in mijn auto en ging op weg naar Soesterberg.
Daar zou ik Caroline (v.d. Vate) en Martine (Lage) treffen om met z’n drieën de reis voort te

Na een voorspoedige reis met slechts hier en daar wat oponthoud zijn we keurig op tijd in Etten-Leur, waardoor we nog mooi even tijd hebben om rustig een hapje te eten.
Aansluitend gaan we naar onze plaats van bestemming, waar ze al in volle gang bezig zijn met de voorbereidingen om alles klaar te zetten.


Na een warm en hartelijk welkom, gaan ook wij snel onze spullen klaarzetten; de schilderijen op de daarvoor bestemde plaats en de boekentafel in orde maken.
Als de eerste bezoekster zich al meldt, laten we even onze bezigheden rusten, om eerst tijd te nemen voor gebed en de avond in Zijn handen te leggen.

Langzaam druppelen de vrouwen binnen en al snel geniet iedereen van de heerlijk hapjes van de Royal High Tea en de koffie of thee.
Ik kijk nog eens rond en geniet van de mooie aankleding.
Wat hebben ze het toch prachtig aangekleed allemaal.
Oké, ik moet wel bekennen dat ik heel veel van roze houdt en de aankleding is met heel veel roze tinten, dus ik voel me hier helemaal happy bij.
De kleine details, rozenblaadjes en diamanten op de tafels, maken het geheel af, naast de twee paspoppen met prachtige jurken in een hoek.
Zelfs tot in de toiletten is het gezellig gemaakt.
En ja, laten we eerlijk zijn, die zijn vooral voor ons dames toch heel belangrijk.
Waar staan immers altijd de langste rijen, bij welke toilet?


Rond 20.00 uur wordt de avond geopend met het zingen van twee prachtige liederen en gebed en dan is de beurt aan ons.
Het is de eerste keer dat we op deze wijze een avond verzorgen met z’n drieën.
Caroline en ik hebben al wel verschillende keren samen een avond (ochtend/middag) verzorgd, en Martine heeft wel een keer eerder een paar liederen tijdens één van deze avonden gezongen, maar deze keer hebben we voor het eerst met z’n drieën het programma gemaakt, waardoor de schilderijen, gedichten en de liederen prachtig op elkaar aansluiten en de boodschap ‘You are Loved – Je bent Geliefd ‘, die wij zo graag willen brengen, wordt versterkt.


En zo brengen we de boodschap van God aan al deze vrouwen dat geliefde dochters van de Allerhoogste zijn; kostbaar en waardevol.
Ieders leven is zinvol, omdat God een ieder op het oog heeft en een ieder het leven heeft gegeven.
Met z’n drieën vormen we het bewijs dat God onze levens op het oog heeft en ons leven leidt.
Hij heeft ons immers bij elkaar gebracht.
Hij was het die schilderijen en gedichten samenvoegde en vervolgens ook de liederen toevoegde.

Het werd een geweldige avond, die we afsloten met een door Caroline speciaal voor deze avond geschilderd schilderij, waarin iedere vrouw haar naam mocht schrijven.

 
Ja, iedereen, want tegen iedereen, iedere man of vrouw, ieder kind, zegt God: ‘Je bent Geliefd!’
Als klein geschenk gaven we aan iedere vrouw een kaartje mee met het gedicht ‘You are Loved’ erop.
Het schilderij lieten we daar achter, zodat iedere vrouw die daar de avonden nog gaat bezoeken, en wiens naam nog niet in of rondom het hart staat, haar naam kan invullen en de boodschap mee nemen: ‘Je bent Geliefd!’
 
Wil je nog even nagenieten van een stukje van deze avond
of even proeven van hoe het ongeveer was?
Dan hier een klein stukje uit het programma van deze avond.
 
 Jezus ging naar de hof van Gethsemané om te bidden.
Hij begon bedroeft en beangst te worden “Laat deze beker van uw boosheid en toorn, aan mij voorbij gaan”.
Hij was dodelijk beangst, bloed zwetend en zijn vrienden die met Hem waren sliepen.

Caroline’s gedachten achter dit schilderij:
Een mens zoals jij en ik in eenzaamheid, verdriet, angst.
Je denkt alleen te staan: “Niemand weet wat ik doormaak”
Niemand ?
Jezus wel!
Hij heeft het Zelf ook doorgemaakt.
Hij kent je.
Hij weet ervan.
En... Hij helpt je.
Draagt je desnoods.
En Jezus?
Hij ging verder.
 

 Eenzaamheid.
Opgesloten in zichzelf,
niet bij machte uit te spreken
wat diep van binnen leeft.

Eenzaamheid.
Onmacht en onvermogen,
niet in staat te verwoorden
wat er door zijn gedachten zweeft.

Eenzaamheid.
Verstoppen en verschuilen,
niet het vermogen hebben zich te uiten,
te vertellen van de gevoelens die hij heeft.

Eenzaamheid,
een verborgen traan,
niemand die ziet
wat ten diepste in hem leeft.

HERE,
U doorgrondt en kent mij;
U kent mijn zitten en mijn opstaan,
U verstaat van verre mijn gedachten;
U onderzoekt mijn gaan en mijn liggen,
met al mijn wegen bent U vertrouwd.
Want er is geen woord op mijn tong,
of, zie, HERE, U kent het volkomen;
U omgeeft mij van achteren en van voren
en U legt Uw hand op mij.
Het begrijpen is mij te wonderbaar,
te verheven, ik kan er niet bij.

Psalm 139:1-6

Al is er geen mens die jou werkelijk kent,
weet heeft van je diepste gevoelens en gedachten;
God kent je naam, weet wie je bent,
Hij is altijd bij je, ook in de duisterste nachten.
 
Psalm 139 - Martine Lage
 
 
Zou je het ook leuk vinden als wij komen?
Neem gerust contact met ons op.
bloemingodstuin@upcmail.nl


woensdag 6 maart 2013

Mystery - Kari Jobe

Mystery  - Kari Jobe

 
God eternal, here today,
Moving in unchanging ways
Far beyond the highest high,
Closer than can be defined
You're a mystery

Common human, clothed in spender
Unending strength, yet heart so tender
Born to die to free this slave,
The beauty of amazing grace
Is a mystery

I see You move in unseen ways,
Hear Your voice in the quiet place
I feel Your peace steal my breath away
You're simply a mystery

So unlovely still You love me,
Needing You, yet You pursue me
Loving me since time began,
Such love I'll never comprehend
To me the greatest mystery
Is You in love with me



dinsdag 5 maart 2013

9e oma-dag; een rare dag

Zoals elke dinsdag werd onze lieve kleindochter netjes rond kwart over zeven bij ons afgeleverd.
Voor het oog en dag als alle andere, maar van binnen knagen lichtelijk de zenuwen.
'k Ben blij dat er een vriendin met haar kleinzoon komt koffiedrinken en dat onze lieve Naomi er is.

Kwart voor acht vertrekt onze dochter naar school.
Je belt hè, mam!
Ja, ik zal bellen zodra ik wat weet.
Om acht uur vertrekt mijn man en even later vertrekt ook onze zoon.
Nog een extra knuffel, en ik zie hem met lede ogen gaan; samen met een vriend in de auto op weg naar het politiebureau in Dordrecht.

Och, misschien maak ik me wel weer te sappel, misschien loopt het inderdaad wel met een sisser af.
Misschien valt het allemaal mee, hij weet immers van de prins geen kwaad?
Maar het telefoontje van zaterdag tussen de middag ligt me zwaar op de maag.

Het is zaterdagmorgen, rond elf uur.
De telefoon gaat; politie Dordrecht.
Of mijn zoon ook thuis was.
Ja, die was wel thuis, maar lag nog heerlijk op één oor.
Kunt u zeggen wat er is?
Nee, natuurlijk niet, dat had ik eigenlijk ook wel kunnen verzinnen.
Iets ernstigs?
Mhaw, ja, mhaw ...
Ja, heel duidelijk; dus niet.
Met de boodschap dat hij rond twaalf uur wel wakker zou zijn en ook nog aanspreekbaar, inclusief ook zijn mobiele nummer, hang ik weer op.
Wat moet de politie Dordrecht nu weer van hem.
Ik kan niets verzinnen; het is inmiddels een aantal jaar geleden dat hij daar is geweest.

Als hij om half twaalf even zijn hoofd bij mijn kamertje om de hoek steek, steek ik direct van wal.
'... en ze bellen rond twaalf uur terug', besluit ik.
Heb je enig idee hoe of wat?
Nee, hij zou het niet weten.
Om twaalf uur wordt alles duidelijk.
Mijn zoon, onze zoon, wordt verdacht van heling.
Waarvan willen ze niet zeggen, maar het is ernstig.
Ze zouden hem ook eventueel hebben willen halen, maar ...
En een advocaat kon ook geregeld worden, maar allen pas dinsdag als hij zich op het bureau gemeld had.
En dan kon het ook nog wel twee à drie uur duren voordat die er was ...
Nog wat dreigende berichten en dan is het stil.

Vanaf zaterdag tussen de middag lopen we dus met gedachten die alle kanten opgaan.
Heling waarvan?
En waarom maken ze daar zo'n ophef van.
Lieve help, als hij nu al een strafblad zou hebben, kan ik me er nog wat meer bij voorstellen, maar nu ...
Om half tien dinsdagmorgen moest hij zich melden.
De radertjes bovenin draaien op volle toeren.
Gelukkig zegt een vriend direct toe dat hij met hem meegaat.
Hij kom hem wel met de auto oppikken en dan gaan ze samen.

Van alles gaat er die komende dagen door ons hoofd en het enige dat hij kan verzinnen is dat er met een telefoon kopen iets fout moet zijn gegaan.
Maar hij had alle gegevens nog in z'n mail, dus dat moest toch wel goed komen.
Maar hoe je het wendt of keert, en of je nu wilt of niet, je gedachten slaan af en toe toch op hol met zo'n vervelend telefoontje.'
Of zou iemand hem een oortje aan willen naaien.
We hebben al heel wat afgebeden eer het eindelijk dinsdag is.

En zo vertrok hij vanmorgen naar Dordrecht.
Om half één kwam gelukkig al het verlossende telefoontje: 'Ik loop weer lekker op straat, hoor en we gaan nog fijn even samen vissen.'
Wat blijk, zijn huidige telefoon bleek bij een inbraak te zijn gestolen en via, via, vraag me niet hoe, hadden ze hem bij onze zoon getraceerd.
Het adres waar hij hem gekocht had stond bekend als zeer betrouwbaar, maar zo zie je maar weer.
Ach, misschien wisten hun het ook niet.
Maar goed, daar komt de politie dan wel weer achter, want nu gingen ze door naar die persoon.
Z'n telefoon echter moest hij inleveren.
Dag € ...,..; hard geld.
Weer sparen voor een nieuwe.

Ik ben blij en opgelucht dat het allemaal met zo'n sisser is afgelopen, maar kan er maar slecht over uit, dat ze het daar een mens zo moeilijk om moeten maken en zoveel ophef bij moeten gebruiken.
Ik weet niet of ik dat ooit zal snappen of begrijpen.

De rest van de middag kan ik m'n draai niet meer vinden.
Het heeft me meer gedaan dan ik had gedacht, merk ik aan mijn vermoeidheid.
Toch nog maar mijzelf even aangepakt en een eindje gaan wandelen met Naomi en Jaylinn.
Kom op meis, het is juist vandaag mooi weer.
Te warm voor mij, merk ik onderweg al wel, maar even wat zon is toch wel goed voor de benodigde vitamientjes na de winter en dapper loop ik toch een aardig rondje.
Al ben ik weer heel blij als ik thuis naar binnen stap en uit de zon ben.

Als Naomi later geslapen heeft en weer met Jaylinn aan het spelen is, ebt langzaam de rest van de spanning weg.
Het is zo'n heerlijk, vrolijk kind en zoals ze door de kamer loopt te rennen met haar O-beentjes is een genot om naar te kijken.
Samen touwtrekken met Jaylinn is vandaag het favoriete spelletje, al kan ze dat toch nog net niet winnen en ze snerkt er af en toe, zoals een echt meid betaamt, lekker op los.

 

Nu ze ook wat langer blijft vanavond, kan ze ook een keertje even 'orgel'spelen  met opa.
Die heeft ze vandaag ook ontdekt en dat is toch wel een erg leuk ding.

 

Oma is echter wel blij dat het er een aan- en uitknop op zit.
Papa en mama zijn vandaag laat, want ze gaan nog een huis bekijken in een ander plaats.
Hoelang ik kan/mag ik nog van je genieten iedere dinsdag?
Nog maar niet aan denken  en genieten van iedere dag die we samen hebben.

O ja, een belangrijke les: voor je ooit ergens een mobiel ga kopen (behalve dan in een echte winkel natuurlijk); controleer het serienummer, dan weet je of je met gestolen waar te maken heb of niet en kun je dit soort toestanden voorkomen!