zondag 28 april 2024

Ontferm U!

Daar ik eigenlijk nog te moe was om te schrijven, ben ik maar weer even verder gegaan met het opruimen en ordenen van alles dat op mijn laptop staat; op de één of andere manier zit daar iets rustgevends in.
En zo gebeurt het, dat ik een opnieuw een opgeslagen ‘kladblokblaadje’ tegen kom met een gedichtje dat mijn binnenste ook dit keer weer in beroering brengt.
Ik zeg opnieuw, omdat ik dit ‘kladblokblaadje’ al vaker ben tegengekomen, maar gewoon niet meer weet of het nu van mijzelf was, of overgenomen, en ik kon het op de één of andere manier ook maar niet vinden.
Het voelt als van mij, en tegelijk ook weer niet, en dus ga ik dit keer eens goed op zoek in mijn documenten en Blogs of ik er ook maar ergens iets van kan terugvinden.
Het is niet eens veel later als ik het stukje vind waaruit dit gedicht komt.
Het blijkt te komen van mijn Blog 'In rust met U', waar ik n.a.v de kalender ‘Jouw dagmoment’ van Beth Moore, iedere week een stukje, gebed en gedicht schreef.
Het betreffende gedicht is van Week 24 - 2013 en gaat over depressie.
En ondanks dat ik niet van plan was te schrijven, brengt dit gedicht mij toch in beweging, daar uit mijn zoekwerk ook blijkt, dat ik het nooit op mijn gedichtensite geplaatst heb.
Daarbij is depressie iets dat de laatste jaren, in het bijzonder sinds de coronatijd, enorm is toegenomen.
En daar wij er in ons gezin vroeger ook mee te maken hebben gehad, raakt het mij nog steeds, want het is ingrijpend; het gaat diep, en doet heel veel met een mens, zowel met de persoon die het heeft, als degenen die ernaast staan; kortom, het beïnvloed het hele gezin.

Maar er is nog een andere reden dat ik iets meer uitweid met oog op dit gedicht, en dat komt door hetgeen ik vanmorgen hoorde met het kijken van een aflevering van een serie die ik kijk.
Het is een aflevering waar het naast andere dingen over PTSS gaat.
Ik weet, het is maar een serie, maar er werd op een gegeven moment iets gezegd hierover, dat mij diep raakte, en ik zette de serie op pauze om snel pen en papier te pakken en het op te schrijven, want helaas hebben we ook hiermee in ons gezin te maken.
Van het gedicht, had ik toen nog geen weet.

Als ik dan het gedicht wat later tegenkom met het opruimen van mijn laptop, en vanuit mijn ooghoek het papiertje op mijn bureau zie liggen met het overgenomen citaat erop, kan ik niet anders dan in de pen klimmen om vast te leggen en door te geven wat ik heb gehoord en geschreven.
Biddend, dat het naast meer begrip, ook -al is het maar ietsje, Licht mag brengen in de duisternis van iemands leven.

Laat ik je eerst meenemen naar het citaat uit de serie.

‘Weet je wat het wreedste symptoom van PTSS is?
Het is een dief!
Het ontneemt ons het vermogen om het licht te zien.’

Van depressie weet ik dit; heb het zo van dichtbij gezien, en ergens zag ik het ook bij PTSS, maar met het vanmorgen zo ineens ziende te horen, dát kwam heel erg binnen.
Een dief!
Het ontneemt het vermogen om het licht te zien!
Licht, dat zo nodig is om te leven, om te kunnen functioneren, om ...
Hoe verschillend depressie en PTSS ook zijn, dit hebben ze wel gemeen.
En dat is ook hetgeen in het gedicht zo naar voren komt; de wereld waar licht (praktisch) ontbreekt, maar met de blik op wie God is, en de bede dat Hij erin komt bij eenieder die er mee te dealen heeft.

Al met al maakt me allemaal een beetje stil.
Aan de ene kant zou ik van alles willen schrijven, om op te beuren, om te troosten, om wat Licht te brengen, maar ik heb geen woorden om nog te schrijven; ik heb nauwelijks woorden om te bidden, zo ingrijpend zijn deze dingen.
Maar ik ervaar dat het ook niet hoeft; de woorden van het gedicht, hoewel al meer dan tien jaar oud, zeggen genoeg.


Ontferm U!

In de duistere, donkere wereld van depressie,
waar vaak geen enkel lichtstraaltje binnenkomt.
Waar kleuren langzaam vervagen
en in elkaar overlopen tot één mistige, grauwe nevel,
die hoop en moed het zicht ontneemt
en een lege leegte achterlaat,
waarin gevoelens van vreugde
verloren gaan.
Waar zinloosheid de regie overneemt;
het leven doelloos maakt,
en iedere dag tot een strijdtoneel,
zelfs tot op leven en dood.
Waar God niet meer kan worden gezien,
noch Zijn liefde, kracht en troost
kan worden gevoeld of ervaren
en waar elke smeekbede
voor niets lijkt te zijn gedaan.
De duistere, donkere wereld van depressie,
waar de ene noodkreet soms volgt op de andere.
Tot zelfs een stem verstomt
en slechts de dood uitkomst lijkt te bieden
aan de hopeloosheid
van het huidige bestaan.

O, God van Liefde,
God van Licht,
God van Kracht,
en God van Leven.
God van Troost,
God van Hoop,
God van Bevrijding,
en God van Genezing.

Ontferm U!
Ontferm U!
Ontferm U!
En wil uitkomst geven!

In Jezus’ Naam.

– Amen –


'Want Ú doet mijn lamp schijnen, HEERE;
mijn God doet mijn duisternis opklaren.'
Psalm 18:29 


'En toen zij Jericho uit gingen, volgde een grote menigte Hem.
En zie, twee blinden, die aan de weg zaten, riepen, toen zij hoorden dat Jezus voorbijging: Heere, Zoon van David, ontferm U over ons!
De menigte bestrafte hen, opdat zij zouden zwijgen; maar zij riepen des te meer: Ontferm U over ons, Heere, Zoon van David!
En Jezus stond stil, riep hen en zei: Wat wilt u dat Ik voor u doen zal?
Zij zeiden tegen Hem: Heere, dat onze ogen geopend worden.
En Jezus, Die innerlijk met ontferming bewogen was, raakte hun ogen aan; en meteen werden hun ogen ziende, en zij volgden Hem.'
Mattheüs 20:29-34

🙏🙏🙏

👉 Blog 'In rust met U' - Week 24 - Depressie

* Serie Netflix - New Amsterdam

donderdag 4 april 2024

Ik wil zo graag jouw stem horen!

Maandagmiddag luisterde ik naar de 3e studie van Dato Steenhuis over Hooglied.
Een prachtige studie waarin hij veel mooie dingen zei, maar een paar dingen sprongen er echt uit en lieten mij gewoon niet los.
En dan is er maar één optie voor mij, namelijk alles wat indruk gemaakt heeft, alles wat in mijn gedachten rond blijft gaan, toevertrouwen aan het digitale papier.
Ik zeg er gelijk even bij dat ik me met mijn schrijven niet aan de volgorde houd van waarin hij het heeft gezegd; schrijversvrijheid noem ik het maar even 😊
Nieuwsgierig geworden?
Lees dan mee, en luister later ook eens de studies over Hooglied, waarvan ik aan het eind van dit blogje de link zal geven; ze zijn het luisteren zo waard!

Er was veel in deze studie wat tot mijn hart sprak, en wat nog steeds terugkomt in mijn gedachten, wat dat betreft, zou ik bijna geneigd zijn om een ‘uittreksel’ van deze studie te maken, maar daar mij daar de tijd toe ontbreekt, hou ik het bij wat mij het meest heeft geraakt, en waarvan ik denk dat het gehoord mag worden.
Het gaat om de dikgedrukte woorden in onderstaande tekst.

Schilderij: Christa Rosier

‘Mijn duif in de rotskloof, in de schuilhoek van de bergwand, laat mij uw gedaante zien, laat mij uw stem horen, want zoet is uw stem en uw gedaante is bekoorlijk.’
Hooglied 2:14

Wat voor de spreker zo belangrijk is, is het overbrengen, dat de Heere ernaar verlangt om onze stem te horen.
‘Daarom’, zegt hij, ‘hebben we stembanden gekregen.’
En dan komen we bij het eerste citaat.
Ik moet hierbij wel zeggen dat mijn dichtershart de woorden van Dato in het laatste zinnetje deed omdraaien.

‘We hebben geen stembanden gekregen
om te schreeuwen en om anderen te bezeren,
maar om Hem groot te maken, om Hem te eren!’

Laat Mij uw stem horen!
Wat doen we Hem ongelooflijk veel verdriet met onze stem, wat gebruiken we onze stemmen toch vaak verkeerd.
We schreeuwen om maar gehoord te worden, we schreeuwen om de ander te overstemmen, we schreeuwen als we ons gelijk willen halen.
We schreeuwen uit machteloosheid, of uit boosheid, of frustratie.
We schreeuwen uit …, ja, wij mensen kunnen er behoorlijk op los schreeuwen, de één misschien wat meer dan de ander, maar toch.
Maar om anderen te bezeren hoeven we niet alleen te schreeuwen; ik denk zelfs dat de meeste woorden die mensen bezeren niet uitgeschreeuwd worden, maar gewoon uitgesproken.

Van deze laatste woorden gaan mijn gedachten even een heel andere kant op, namelijk naar het onderwerp van mijn Stille Tijd deze dagen, namelijk gebed, en dan in het bijzonder het ‘verenigd’ gebed.
En terwijl ik er zo over aan het nadenken was, kwam de volgende gedachte in mij op.
Wat als we nu eens als gelovigen minder zouden discussiëren en redetwisten over de dingen waar we verschillend over denken, maar in plaats daarvan samen onze handen zouden vouwen om alles aan Hem te geven, steeds weer, en net zo lang als nodig is?
En als we Hem dan daarin ook de tijd en ruimte zouden geven om dat in onze harten uit te werken wat is tot Zijn glorie en eer?
En als we dan samen alles in gebed bij de Heer gebracht hebben en vervolgens onze stemmen gaan gebruiken om Zijn Naam groot te maken en Hem te eren, in plaats van doorgaan met discussiëren en redetwisten, zouden er dan niet veel minder scheuringen zijn, minder beschadigde mensen rondlopen, of misschien zelfs nog ín de kerk komen?
Zomaar wat gedachten die in mij opkwamen bij Dato’s citaat.

Laat Mij Uw stem horen!

‘We hebben geen stembanden gekregen
om te schreeuwen en om anderen te bezeren,

maar om Hem groot te maken, om Hem te eren!’

En ach, ook hier gaat het dan vaak weer fout, want de één wil het zus, en de ander zo; dit lied is wel goed, het andere niet; en het moet steeds groter en exclusiever, want de Heere verdient het mooiste, het beste.
En auwtsch … die zingt toch wel (heel) vals, die kan maar beter wat zachter zingen, of misschien …

Dhr. Steenhuis verteld met betrekking tot het laatste het volgende verhaaltje.
Het gaat over een groep monniken in een klooster die echt zeer erbarmelijk zongen.
Maar op een gegeven moment komt er een monnik bij, een zeer muzikaal man, en die hen heeft leren zingen.
Alle dingen hiervoor had hij meegebracht, alle technieken enz. bracht hij hen bij en het klonk schitterend!
Op een dag kwam er een engel op bezoek en die vroeg hen: ‘Zingen jullie nog wel eens? We horen jullie niet meer.’

Een verhaaltje om eens goed tot je door te laten dringen, en om de boodschap die erin ligt binnen te laten komen.
‘Zingen jullie nog wel?
We horen jullie niet meer …’

Ik wil zo graag je stem horen!
Ik wil je nog even meenemen naar het laatste citaat dat mijn hart zo raakte in het gedeelte van deze  studie.

‘Als de snaren van je hart gaan trillen voor Mij, dan komt er een heel stukje muziek uit, die precies spoort met Mijn gevoelens.’

Hoe bijzonder zijn deze woorden, en welk een bemoediging, ja, aanmoediging tot zingen ligt hierin, in het bijzonder misschien wel voor hen die zo van zingen houden en het misschien niet zo goed kunnen.
We hoeven geen conservatorium te hebben gedaan, zelfs geen zangles te hebben gevolgd, nee, zelfs geen toonvaste stem te hebben om te zingen van en voor onze Heer Jezus.
Want het hart dat vol liefde is voor Hem, dat trilt van verlangen naar Hem, om Hem te eren, te loven en te prijzen om wie Hij is, komt bij Hem binnen als de mooiste stem, simpelweg omdat dit hart zich op dezelfde golflengte bevindt als Jezus.

‘Zingen jullie nog wel eens? We horen jullie niet meer?
Och, die monniken mochten dan misschien eerst erbarmelijk slecht zingen, maar de hemel hoorde en genoot van hun gezang, want hun harten waren verenigd in Jezus.
Maar hoe mooier ze leerden zingen, hoe meer ze hun hart verloren, tot ze uiteindelijk alleen nog maar bezig waren met het zo mooi mogelijk zingen, in plaats van gericht te zijn op Degene voor hun lied was.

Als de snaren van je hart gaan trillen voor Hem, zing dan zoals je nog nooit eerder gezongen hebt
en maak je geen zorgen of het wel mooi genoeg is, zuiver of vast van toon, want een hart dat zingt uit liefde voor Hem, wordt één met dat van Hem.


👉 Serie - Studies uit het Bijbelboek Hooglied
      Dato Steenhuis
(Even iets naar beneden scrollen tot onder de studies van Bruidegom en Bruid)