Bedenk hoe groot en indrukwekkend de HEER is ... (74)
Niet wie op U hoopt, wordt teleurgesteld, maar wie zich onverschillig van U afkeren.
Psalm 25:3
De vorige keer schreef ik na aanleiding van het citaat ‘Hoop groeit het beste in de aarde van trouw’, uit het dagboek ‘Gods namen – jouw gebed’.
Duidelijk mag zijn geworden, dat God natuurlijk de grond van trouw is.
En dat brengt mij dan automatisch ook bij: God is mijn hoop.
Heel wat mensen hebben de kerk, en daarmee vaak ook God, de rug toegekeerd, omdat ze diep, soms heel erg diep, teleurgesteld zijn en daarom niets meer te maken willen hebben met de kerk, God, christenen.
Het is intens verdrietig als je ziet, waar God allemaal niet de schuld van krijgt.
‘Als dat God is …., dan wil ik niets meer met Hem te maken hebben, en men vergeet te kijken naar wie God eigenlijk is en welke rol de mens heeft in het hele plaatje.
De tekst uit Psalm 25 zegt precies het tegenovergestelde.
Hoe kan het dan toch zo zijn dat zoveel mensen toch teleurgesteld zijn in God?
Teleurstelling heeft alles te maken met verwachting(en).
De definitie van teleurstelling is: een onaangenaam gevoel hebbend, omdat een verwachting of hoop niet uitgekomen is. (Encyclo Online Encyclopedie)
Je hebt bepaalde verwachtingen, een bepaalde hoop en als dan niet gebeurt wat je verwacht of gehoopt had, ben je teleurgesteld.
In principe kun je wel zeggen, dat als we van mensen verwachtingen hebben, we vroeg of laat altijd teleurgesteld zullen worden.
Want mensen stellen elkaar teleur.
We zijn immers onvolmaakt; we vergeten dingen of we kunnen gewoon niet voldoen aan de verwachtingen die mensen soms van ons hebben of wij van hen.
Mensen hebben de neiging om een ander op een voetstuk te plaatsen, maar au, wat is dat dom, want vroeg of laat valt die persoon er vanaf en raken wij teleurgesteld in hen.
Of we hebben bepaalde verwachtingen van onze kinderen, maar zij gaan een andere kant op dan wij hadden gehoopt of verwacht, en opnieuw is daar weer teleurstelling.
Ook door het beroep van iemand hebben mensen bepaalde verwachtingen, of bij een functie, of bij …
Maar welke vaardigheden of verantwoordelijkheden een mens ook hoort te hebben bij bepaalde functies of beroepen, altijd komt daar het moment dat er iemand wordt teleurgesteld, simpelweg omdat wij mensen niet volmaakt zijn.
En het gekke is, dat hoewel wij dat weten, we toch verwachten dat mensen voldoen aan onze verwachtingen.
En zo draaien we al jaar en dag rond in dit kringetje van verwachten, hopen en teleurstelling, en vele ruzies, onenigheden en scheidingen zijn hier uit voortgekomen.
Zo ook naar God toe.
Hoeveel mensen zeggen niet teleurgesteld te zijn in God.
Hij is toch God, Hij kan toch alles!
Hij is toch liefde, Hij is toch alwetend!
Hij is toch …
En de grote waaromvragen rijzen soms de pan uit.
Van Hem mag je toch bepaalde dingen verwachten?
Hij geeft toch beloften in Zijn woord …?
Hoe kan Hij dan zeggen dat je niet teleurgesteld wordt als je op Hem hoopt?
In mijn jongere jaren ben ik heel wat teleurgesteld geweest in God en soms nog merk ik soms dat er gevoelens zijn van teleurstelling.
Maar betekent dit dan automatisch ook dat God ook degene is die mij teleurstelt?
Of is het eerder zo, dat ik teleurgesteld ben omdat mijn verwachtingen van God verkeerd waren?
En dat is iets dat ik heb geleerd in de jaren die achter mij liggen.
Het is niet God die mij teleurstelt, maar mijn verwachtingen van Hem zijn dan niet eerlijk of terecht.
God komt iedere belofte na die Hij doet; Hij belooft niets dat Hij niet nakomt, alleen Hij blijft wel Degene die bepaalt hoe, waar en wanneer.
Hij is ook trouw en rechtvaardig.
Hij is liefde, Hij is genadig, Hij is vergevend.
Hij is …; noem maar wat op en Hij is het!
En boven alles is Hij: Betrouwbaar!
Een kind mag van zijn ouders verwachten dat zij hem te eten geven, maar dat wil niet zeggen dat hij iedere dag dat krijgt wat hij graag wil, want geloof me, dat is niet goed voor hem.
Een kind mag van zijn ouders bescherming verwachten, maar een ouder geeft zijn kind ook de ruimte om fouten te maken of om te vallen, zodat het kind er van kan leren en vervolgens dan ook kan ontdekken, dat zijn vader en moeder nog steeds van hem houden.
En ouders, onvolmaakt als zij allemaal zijn, zullen daarin fouten maken, en er zullen zelfs ouders zijn, die deze dingen niet eens bieden aan hun kinderen, maar zelfs het tegenovergestelde.
We leven immers in een gebroken, zondige wereld.
Maar is dit Gods schuld?
Als we worstelen met gevoelens van teleurstelling naar God toe, is het goed om onszelf de vraag te stellen: Wat waren, wat zijn mijn verwachtingen van God?
Zijn ze gebaseerd op wat ik graag wil, of zijn ze gebaseerd op wat Hij wilt?
De Here Jezus heeft ons zo het voorbeeld gegeven: ‘Niet Mijn wil, Vader, maar Uw wil zal geschiede.’
Omdat Hij Zich richtte op wat Gods wil was, werd Hij nooit teleurgesteld, want Hij wist dat wat God wilde, altijd het beste zou zijn en Hij voegde Zich daarna.
Als God zegt dat Hij ons zal beschermen, dan doet Hij dat ook, maar dat wil niet zeggen dat ons niets zal overkomen, want het belangrijkste voor God is onze ziel en niet ons lichaam.
Als God belooft in Zijn woord dat Hij ons genezing schenkt; dat de striemen en wonden van Jezus onze genezing is, dan wil dat nog niet zeggen dat we nooit ziek zullen worden of dat we, als we ziek worden, ook altijd genezen zullen worden.
De ultieme genezing ontvangen we immers op het moment dat wij voor eeuwig bij Hem zijn; ook sterven is ‘een vorm’ van genezing voor wie in Hem geloven.
Hoe kunnen we toch teleurgesteld zijn in God, als Zijn woord ons waarschuwt voor de moeilijke tijden die komen?
Hoe kunnen we teleurgesteld zijn in God, als Jezus ons juist vertelt, dat deel hebben aan Hem ook betekent deel hebben aan Zijn lijden?
Hoe kunnen we teleurgesteld zijn in God, als Hij ons niets voorhoudt wat niet waar is?
Hoe kunnen we God de schuld geven van onze teleurstelling, terwijl het juist onze verwachtingen zijn die niet juist zijn?
‘… maar U bent onze enige hoop, U bent onze Redder,’ zegt Jeremia 14:8
Wie zich onverschillig van Hem afkeren, zullen teleurgesteld worden, want zij zullen er achter komen dat elk woord dat God heeft gesproken, waar is.
Alleen zal het dan te laat zijn.
Hij is onze Redder, en daarmee is Hij onze Hoop!
En in die Hoop zullen we nooit worden beschaamd, nooit worden teleurgesteld.
Nee, niet alles zal gaan zoals we graag zouden zien of willen, maar we zullen leven in de eeuwigheid met Hem en delen in Zijn heerlijkheid.
Want niets kan ons scheiden van de liefde van Christus!
Wat valt er dan nog te zeggen?
Als God voor ons is, wie kan dan tegen ons zijn?
Hij heeft Zijn eigen Zoon niet gespaard, maar Hem uitgeleverd om ons te redden.
Als Hij zelfs Zijn Zoon heeft gegeven, zal Hij ons al het andere ook niet geven?
…
…
Christus is gestorven, meer nog, Hij is opgewekt en zit nu aan de rechterhand van God.
Hij pleit voor ons.
Wie kan ons scheiden van Christus, die ons liefheeft?
Leed of ellende, vervolging, honger of armoede, levensgevaar of dood?
…
…
Ik ben er zeker van dat niets ons van God kan scheiden: dood of leven, engelen of bovenaardse krachten, heden of toekomst, machten boven of beneden ons, niets in de hele schepping kan ons scheiden van God, die ons liefheeft in Christus Jezus onze Heer.
Romeinen 8:31-39
En deze God is mijn hoop.
Mag Hij ook jou Hoop (weer) zijn?
Gods rijke en liefdevolle zegen toe gebeden.