Eén van de boeken die ik gelezen heb voor de Leeschallenge voor dit jaar, was het boek ‘Undercover voor God’ van Dick Langeveld/Ben Hobrink.
Het boek vertelt het levensverhaal van Dick, die jarenlang in het grootste geheim voor Open Doors achter het Ijzeren Gordijn werkte.
In dit boek staan vele indrukwekkende verhalen van wat hij allemaal heeft meegemaakt, en over de bijzondere ontmoetingen die hij heeft gehad in die jaren.
Een boek dat ik regelmatig weg heb moeten leggen om hetgeen ik las te overdenken of te laten bezinken.
Eén ding echter in dit boek heeft een onuitwisbare indruk op mij gemaakt.
Het is maar een heel klein stukje uit dit boek, maar ik wil het graag -gedeeltelijk in eigen woorden/gedeeltelijk geciteerd, hier delen ter overdenking voor eenieder die het leest.
Ik noem hierbij geen namen, noch waar het was; het is slechts een klein onderdeeltje van een groter geheel, dus als het je raakt, zou ik zeggen, koop het boek, zeer de moeite van het lezen waard.
Ik denk dat ik wel kan zeggen dat Psalm 23 een zeer bemoedigende Psalm is, een Psalm die troost en nieuwe moed geeft, zo is het ook altijd voor mij geweest.
Maar na het lezen van dit boek, dit speciale stukje … nee, Psalm 23 zal voor mij nooit meer hetzelfde zijn.
Ik ga er heel bewust na het weergeven van dit stukje verder niet meer op in, dit zodat eenieder er zelf over kan nadenken en binnen laten komen.
Mag de Heer daarin leiden en zegenen.
Het gaat over een dominee die aan Dick vertelt over een gedachte die hij van God kreeg na een ‘behandeling’ in de gevangenis.
Hij vertelde aan hem dat hij opeens moest denken aan Psalm 23, aan de woorden hier boven, en dat het was alsof God aan hem vroeg waarom Hij Zijn schapen laat grazen en te drinken geeft.
En God liet hem weten dat Hij nu kwam voor de opbrengst.
Deze paar dingetjes gaf de dominee mee aan Dick om daar eens over na te denken.
En dat heeft hij gedaan.
Bij het volgende bezoek deelt hij met deze dominee zijn gedachten erover, welke de dominee vervolgens beaamt.
In de gedachten die Dick deelt met deze dominee, word ik een kant mee opgenomen die ik niet had zien aankomen, en zelf ook niet had kunnen bedenken.
‘Een herder zorgt voor zijn schapen met het doel daar beter van te worden. Hij doet het voor de opbrengst: voor de wol en voor het vlees.’
Hij geeft hierbij aan dat de Here Jezus ons hierin is voorgegaan.
En hij legt uit: De goede daden die Hij op aarde deed, de Woorden die Hij sprak, de genezingen die Hij deed, kun je vergelijken met de wol, maar toen Hij stierf, gaf Hij ook Zijn vlees.
‘De Heer laat ons, Zijn schapen, genieten van grazige weiden, maar wil uiteindelijke wel de opbrengst zien.’
Hij zegt hierover dat zolang wij hier op aarde zijn wol moeten geven, oftewel: ‘ons inzetten en vrucht dragen voor Zijn koninkrijk.’
Het kan echter ook zijn dat we ‘in de gevangenis of met de dood ons vlees moeten geven.’
Wat mooi Rita zo bijzonder om het op deze manier te zien we zijn nooit te oud om te leren de bijbel blijft ons steeds weer nieuwe dingen laten zien
BeantwoordenVerwijderenZijn we zeker niet!
VerwijderenHet Woord van God is levend en krachtig!