Gister plaatste ik een klein verhaaltje dat ik via de mail had ontvangen.
Een van de reacties daarop bracht een herinnering in mijn gedachten aan iets dat ik ooit heb gelezen en wat mij diep had geraakt.
Daar ik de gewoonte heb om wat mij raakt op of over te schrijven, ben ik opzoek gegaan, en na enig speurwerk vond ik wat ik zocht in een oude map van het ‘Secret Sister Program*’, een bemoedigingsprogramma voor Vrouwen dat ik ooit verschillende jaren heb mogen organiseren.
Het citaat wat ik zocht, had ik gebruikt bij één van de afsluitingsavonden van het programma, en daarvoor had ik het ook een beetje uitgewerkt.
Vandaag kwam ik er achter dat het er alleen nooit van was gekomen om er een blogje aan te wijden, en dat terwijl het zo mooi is.
Dus wil ik je vandaag als nog graag meenemen naar de onschatbare waarde van vriendelijkheid en de bemoediging die daarin verborgen ligt.
Het was begin 2015 dat ik het boek ‘De erfenis van Rose’ (deel 1 van een trilogie van Kristen Heitzmann) las, en daar kwam ik dit bijzondere citaat tegen:
‘Een enkel moment van vreugde kan de dorst lessen.
Een vriendelijk gebaar, hoe klein ook, is als een druppel genade uit de hemel.’
We kennen vast allemaal wel één of meerdere momenten waarop we een onverwachte, maar broodnodige, bemoediging kregen.
Het moment dat iemand even de hand op je schouder legde, dat ene kaartje, een telefoontje, een mailtje of appje, een bosje bloemetje dat bezorgd wordt, of iemand gewoon, zomaar even, komt brengen …
Maar we kunnen het nog verder doortrekken.
Wat dacht je van een vriendelijke glimlach bij het openhouden van een deur, of zo maar even iemand vriendelijk groeten in het voorbijgaan, of met een glimlach even opstaan voor iemand – ‘Och, gaat u hier maar even zitten’, of voor laten gaan in de rij ‘Gaat u maar even voor, hoor.’
Voor de één is dit misschien vanzelfsprekender om te doen dan voor de ander, maar toch, deze kleine, vriendelijke gebaren kunnen van onschatbare waarde zijn voor iemand zonder dat je het soms door hebt, en daarom de moeite waard om je ze eigen te maken.
Toen ik het citaat echter tegenkwam drong het eigenlijk pas goed tot mij door welk een impact zelfs de kleinste bemoediging kan hebben, en het heeft mij nog meer aangemoedigd om vriendelijk te zijn naar iedereen.
Of het ook in dié tijd was dat het volgende gebeurde, dat weet ik niet meer, het zou zo kunnen, maar jaren geleden kwam ik met het uitlaten van onze Jaylinn met regelmaat een jong tienermeisje op de fiets tegen.
Ze oogde wat minder begaafd, en had een wat nors gezicht.
Ze fietste (en nog) altijd alleen; nooit heb ik haar ook met iemand op zien fietsen.
Elke keer als ik haar tegenkwam, gingen er allerlei gedachten door mij heen door haar norse gezichtje, totdat de dag kwam dat ik haar voorzichtig groette: ‘Hai!’
En vanuit het niets verscheen daar de meest mooie, prachtige, stralende lach die ik ooit op iemands gezicht heb gezien.
Tot de dag van vandaag herinner ik mij dit moment, en raakt het mij nog steeds.
En tot de dag van vandaag groeten wij elkaar als we elkaar tegenkomen.
Ik met mijn ‘hallo’, en zij mij met haar stralende gezichtje.
Een woord heb ik haar nog nooit horen zeggen, maar elke keer als ik haar nu al in de verte op de fiets zie aankomen, bemerk ik, dat er vanzelf al een glimlach op mijn gezicht komt, omdat ik weet dat op mijn ‘hallo’ haar stralende gezicht volgt.
Danielle schreef in haar reactie bij mijn vorige blogje ‘vriendelijkheid doet zoveel’.
Als we deze woorden naast het citaat houden, en alles even laten bezinken, dan denk ik dat we wel kunnen stellen dat het inderdaad heel veel meer doet.
Misschien zou het goed zijn als we ons dat eens wat meer zouden realiseren.
Hoe anders zal het zijn als we iemand vriendelijk groeten in het voorbij gaan, beseffende dat dit kleine vriendelijke woord of gebaar, als het ware ‘een druppel genade uit de hemel’ is; een enkel moment van vreugde die misschien wel iemands dorst naar een bemoediging lest.
Misschien is ons kaartje als een pleister op een wond.
Misschien is ons telefoontje wel als een arm om iemands schouder.
Misschien is ons bloemetje als een warme deken voor een verdrietig hart.
Maar misschien gaat het nog wel verder.
Misschien is onze vriendelijke glimlach wel het enige vriendelijke gezicht dat iemand die dag ziet.
Misschien is onze vriendelijke groet wel het enige vriendelijke woord dat die dag door iemand wordt gehoord.
Misschien is de deur die we openhouden voor iemand wel het enige vriendelijke gebaar in iemands leven die dag.
‘Een enkel moment van vreugde kan de dorst lessen.
Een vriendelijk gebaar, hoe klein ook, is als een druppel genade uit de hemel.’
Heer, hoeveel mensen hunkeren
er niet naar een vriendelijk woord,
of een vriendelijk gebaar.
Nimmer was de nood zo groot,
maar zijn we ons dit wel gewaar?
Geef, Heer, dat we bij het aankleden
in de morgen, ons ook kleden
met geduld en zachtmoedigheid.
En herinner ons ook aan nederigheid,
aan ontferming en vriendelijkheid.
Opdat wat we zeggen, of doen,
zal zijn tot een moment van vreugde
in iemands dorstig leven.
Wilt U zo, door ons heen, druppels
van genade uit de hemel geven.
Bedankt voor deze aansporing. En mooie verhaal.
BeantwoordenVerwijderenJij bedankt voor je reactie, Aritha ❤
VerwijderenO zó herkenbaar Rita! Toen wij pas in Lelystad woonden, merkten we dat de mensen niet gewend waren als je gedag zei. In het dorp waren we anders gewend. Toch merkte ik, dat mensen die strak voor zich uit keken en je hen gedag zei, regelmatig een glimlach doorbreken...
BeantwoordenVerwijderenWat een verschil soms, niet waar, een stad of een dorp. Maar wat mooi dat je toch doorging met gedag zeggen, Yvonne, dan blijkt ook wel dat het wat met mensen doet.
VerwijderenEen druppel van genade, die bewoording raakt me. Zoals Yvonne zegt, mensen kijken vaak strak voor zich uit, vaak ook met doppen in hun oren of al bellend. Maar ik probeer me niet te laten ontmoedigen, vriendelijkheid, elk mens heeft er denk ik behoefte aan.
BeantwoordenVerwijderenDie woorden raakten mij ook, Danielle.
VerwijderenGoed van je om je niet te laten ontmoedigen, geldt voor ons allen denk ik, maar om gewoon door te gaan en zo wat licht te verspreiden.