maandag 8 november 2021

Open oren

Gedichten (en enkele gedachten, samenvattende woorden en/of citaten) bij het boekje >> 'Liefde tot het einde' van Susannah Spurgeon.
Hoofdstuk 12.








‘Doe mij Uw goedertierenheid in de morgenstond horen, want ik betrouw op U; ...’
Psalm 143:8a
(SV)

‘Doe mij in de morgen Uw goedertierenheid horen, want ik vertrouw op U; …’
(HSV)


Hoe mooi en bijzonder hoe sommige dingen soms samenkomen, zo ook vandaag.
Hoewel het Dagboek dat ik dit jaar in mijn Stille Tijd gebruik mij een bepaalde kant op nam, werd mijn hart getrokken naar twee andere verzen uit hetzelfde gedeelte.
Ze bleven trekken en spreken, waardoor ik deze verzen uitschreef op een kaartje, en zichtbaar op mijn bureau naast mijn laptop neerleg.
Ik heb het gevoel dat ik er iets mee moet doen, uitwerken, schrijven …

’s Middags neem ik het boekje van Susannah Spurgeon uit de vensterbank om daar weer eens mee verder te gaan op dit Blog.
Ik ben al een tijdje niet helemaal in orde, waardoor van schrijven niet zoveel komt, en me soms ook best veel kost.
Maar als ik lees wat daar staat, als ook het gedichtje dat ik vanuit dit hoofdstukje heb geschreven, ervaar ik des te meer de verzen van vanmorgen als door God tot mij gesproken woorden.
Blijdschap en vreugde zijn de kernwoorden uit die twee verzen, net de woorden die mij sinds het schrijven van mijn laatste blogje op ‘Quality Time’ zo bezighouden.
Maar vandaag gaat het niet om deze twee verzen, maar om het feit dat de Heere mijn hart en oren daarvoor opende waardoor ik ze opschreef om niet te vergeten maar te overdenken en wie weet wat nog meer.


In hoofdstuk 12 uit ‘Liefde tot het einde’ heeft Susannah het over dichtzittende oren van haar ziel, die pas opengaan als de Heere ze opent; gevolgd door het gebed dat de Heere haar oren zal openen voor Zijn zachte stem, zoals Hij de ogen van de knecht van Elisa opende, waardoor hij de legers van de Heere kon zien die klaarstonden ter verdediging en bescherming.
‘Doe mij horen; open mijn oren; of als ik te zeer verdoofd ben door het razen en het bulderen van de verwarring en de nood op aarde, spreek dan wat harder tot mij, Heere’. 

Uw goedertierenheid, oftewel Uw ‘liefhebbende vriendelijkheid’.
‘Een wonder van Goddelijke neerbuigendheid en medelijden.’
Hulp uit de hemel, genade, barmhartigheid.

Doe mij horen in de morgenstond.
‘Als allen rondom mij slapen, Heere, wek dan mijn hart met Uw tedere roep op. Hef mijn ziel op tot ware gemeenschap met U. De vroege uren met mijn God zullen de hele dag heiligen.’
In de stilte van de vroege morgen, eerst Hij; toegerust voor de rest van de dag.

‘… want ik betrouw (vertrouw) op U.’
‘Mijn ziel rust in U, zij ligt terneer op de vaste beloften van Uw Woord, en is op een lieflijke manier tevreden.’
Rust en vrede in het hart te midden van dagelijkse beslommeringen of de stormen van het leven.
Vasthouden aan Zijn beloften, daarop zien, daarnaar grijpen.


Doe mij horen ...

Och Heere …

Doe mij iedere dag ontwaken
met de tedere roep van Uw stem
naar mijn nog slapende hart.
Wek mij, en hef mijn ziel op tot
stille en kostbare momenten van
samenzijn met Uw Vaderhart.

Doe mij horen Uw lieflijke woorden
van genade, liefde, en mededogen,
van trouw en vol vriendelijkheid.
Laat ze mij de gehele dag vergezellen;
van uur tot uur in mijn gedachten zijn,
opdat ik mij elk moment in U verblijd.

Op U is immers mijn vertrouwen,
ook in tijden dat U stil bent,
of ik U in het geheel niet hoor.
Want ook in de stilte, of Uw zwijgen,
klinkt de fluistering van ‘Ik heb je
liefgehad met een eeuwige liefde’
, door.

Vul zo, lieve Vader, in ons stille samenzijn
mijn hart en ziel met de lieflijke klanken
van Uw onfeilbare en troostrijke woord.
Opdat mijn leven een melodie mag zijn
van vreugde door Uw grote liefde en trouw,
en die ook door anderen wordt gehoord.

- Amen -

Geen opmerkingen:

Een reactie posten