woensdag 10 juli 2013

De deur tot mijn woorden

In mijn dagboek kwam ik een prachtig, indringend citaat tegen van Matthew Henri.

‘M’n lippen vormen de deur tot mijn woorden.
Laat daarom genade die deur bewaken, opdat er geen woord uitga, dat op de één of andere manier God onteert of anderen kwetst.’


In Psalm 141 zegt God dat de lippen de deur van onze mond zijn.
Een deur doe je open of dicht.
Open om er wat doorheen te laten gaan, of dicht om iets tegen te houden, binnen te houden.
Toch is deze deur misschien wel de deur die het meest en het makkelijkst open gedaan wordt; misschien kun je het ook wel zo zeggen, soms opengegooid wordt.
In onze boosheid, uit onmacht of frustratie.
Vanuit onze gekwetstheid, pijn, verdriet.
Maar ook als we gezellig aan het kletsen zijn; hoe makkelijk en snel komen er immers geen woorden over een ander over onze lippen.
‘Heb je het al gehoord …’
‘Weet je al van die en die …’
‘Wat ik nu toch heb gehoord …’


Terwijl ik over deze deur aan het nadenken ben, komt onze poes in mijn gedachten.
Ja, een beetje raar misschien, maar laat het me je uitleggen.

Onze poes Shaila is een binnenkat.
Mijn man houdt helemaal niet van katten en voorheen zei hij eigenlijk altijd ‘een mooie kat is een platte kat’.
-Zijn ervaringen met katten waren duidelijk niet zo best, en gelukkig heeft hij zijn mening inmiddels een beetje bijgesteld-
Op een gegeven moment kwamen we onze Shaila als kitten bij iemand tegen en ik was op slag verliefd op dit zo mooie beestje.
‘Asjeblieft …?’
Hoewel iemand anders al een optie had op dit poesje, was het alleen nog niet helemaal zeker, en mijn man had deze keer zoiets van, nou, vooruit, als die ander haar echt niet hoeft, dan mag jij haar hebben.
Maar …
Ja, er zat wel een maar aan, namelijk dat zij niet los buiten mocht.
Hij had een bloedhekel aan al die katten die hun behoefte in andermans tuin doen.
Maar goed, daar had ik geen problemen mee; ik zou een riempje kopen en haar alleen achter buiten aan een lijn doen.
Ik had vroeger, voor we getrouwd waren, ook een poes, en deze was onder een auto gekomen.
Ze was nog wel naar huis komen lopen, maar nooit zal ik vergeten hoe erg ze er aan toe was en dus ook overleed op anderhalf jarige leeftijd.
Dus vast aan een riempje/lijn, was voor mij geen probleem.
De ander hoefde haar bij nader inzien toch niet en zo kwam onze Shaila bij ons in huis.
Een binnenpoes hebben betekent echter ook goed opletten met de deuren.
En niet alleen voor mij, maar voor ons allemaal.
Want stel je voor dat ze naar buiten zou glippen; wat zou er allemaal niet kunnen gebeuren, bang als ze was door het alleen maar binnen zijn.
Een enkele keer is dit natuurlijk wel gebeurd en ik heb haar weleens bij de buren uit de tuin moeten ophalen.
Gelukkig is er tot nu toe nooit iets mis gegaan, ze is inmiddels negen jaar, maar we zijn zeer zorgvuldig als het gaat om de deur open te doen.
En met vrienden van onze kinderen, of eigen, zijn we – en ik natuurlijk het meeste- heel alert dat men de deur niet open laat staan of opendoet vlak voor de poes haar neus.
Hier moest ik aan denken met de lippen als een deur.

‘M’n lippen vormen de deur tot mijn woorden.’

Op dit moment besef ik dat ik misschien wel zorgvuldiger ben met de deur als het gaat om onze poes, dan de met deur van mijn lippen, terwijl de schade van mijn lippen veel groter kan zijn dan de met de poes.
Natuurlijk niet met opzet, maar gewoon, omdat soms van het één het ander komt; of uit onmacht of frustraties , of omdat ik gewoon moe ben, slecht geslapen heb ...

‘Laat daarom genade die deur bewaken, opdat er geen woord uitga, dat op de één of andere manier God onteert of anderen kwetst.’
 
Thuis ben ik doorgaans degene die de deur bewaakt; zowel de binnendeur, zodat ze niet naar boven gaat, als de buitendeur zodat ze niet naar buiten gaat.
Natuurlijk gaat dit nog weleens mis, want ik ben er niet altijd en ook al ben ik er wel, ik zie niet altijd alles.
Misschien spreken me daarom deze woorden van Matthew Henri mij wel zo aan.
‘Laat daarom Genade die deur bewaken.’
Genade.
Genade brengt mij bij God, bij Jezus.
Genade brengt mij bij wat Hij voor mij heeft geleden.
Genade brengt mij bij zorgvuldigheid, waakzaamheid, liefde.
Genade brengt mij op mijn knieën, in gebed.

Heer, zet een wacht (Genade) voor mijne lippen.
Behoed de deuren van mijn mond.
Opdat ik mij tot genenstonds,
iets onbedachtzaams laat ontglippen.

Een oude gebed, ooit eens van een scheurkalender overgenomen, maar nog net zo actueel.

God weet wat en wanneer we iets willen zeggen, dus Hij is ook Degene die ons kan en wil waarschuwen, het is echter aan mij, aan ons, om daar open voor te staan.
Om te (willen) luisteren naar die zachte, corrigerende of waarschuwende stem.

De Bijbel zegt ook het nodige over onze mond en lippen, een paar heb ik hieronder neergezet.

Al is er nog geen woord op mijn tong, zie, HEERE, U weet het alles.
Psalm 139:4

Dood en leven zijn in de macht van de tong, wie hem liefheeft, zal de vrucht ervan eten.
Spreuken 18:24

Zo is ook de tong een klein lichaamsdeel, en roemt toch van grote dingen.
Zie eens hoe een klein vuur een grote hoop hout aansteekt.
Ook de tong is een vuur, een wereld van ongerechtigheid.

Zo staat het met de tong onder onze lichaamsdelen.
Ze bevlekt het hele lichaam, en zet onze levensloop vanaf het begin in vlam, en ze wordt zelf door de hel in vlam gezet.
Jacobus 3:5,6

Uit dezelfde mond komen zegen en vervloeking voort.
Dit behoort niet zo te zijn, mijn broeders.
Jacobus 3:10

Behoed je tong voor het kwaad en je lippen voor het spreken van bedrog.
Psalm 34:14

Psalm 141:3

HEERE, zet een wacht voor mijn mond,
behoed de deur van mijn lippen.

Psalm 19:15


2 opmerkingen:

  1. prachtig bedankt voor het delen..ik lees veel u blogjes..vindt ik heel krachtig...groetjes soraya

    BeantwoordenVerwijderen
  2. heel fijn dat je dit zo mooi verwoord hebt werd er stil van en heeft mij aan het denken gezet.groeten fokko

    BeantwoordenVerwijderen